stamboomforum

Forum logoOnderzoek in Nederland » Claas Abrahams van Ruwaarden en Cornelia Scholten testament opgemaakt 4-7-1746.



Profiel afbeelding

Ik maak er het volgende van

"Coram D[octo]r Everwijn et .... scabinis comp[aree]rt
Hilleke Willemssen et cons[enteer]t haren man Jan Willemssen
om met recht off andersints uitevorderen d'erffnisse
van haren E[del]e Oom Geurt van Megen, daerover te
transigeren, accorderen penn[ingen] t'ontfangen
ontvanck quitan[tie] te geven cum potestate
substituendi clausulisque solitis
Eodem die - den lesten Aug[usti] 1649"

Tineke Tjoelker - 21 mei 2019 - 12:32 (laatst bijgewerkt 21 mei 2019 — 12:58 door auteur)

In de fiches van Haarlem, met hulp van A. van Egmond, heb ik het eerste huwelijk van Cornelia Brok gevonden:

4 mei 1681
Hercules Reijnierse j.m. van Haerlem wonende op 't Begijnhoff
Cornelia Brok j.d. van Haerlem wonende in Ursule steeg
getrouwt den 18 meij 1681 en acte gelicht

Tineke Tjoelker - 21 mei 2019 - 13:10

Ik kom er nu achter dat ik onderstaand regest van Gerry verkeerd heb geïnterpreteerd. Ik dacht dat het hier om zes kinderen van Willem Jans van Druijvendael ging, maar bij goed lezen kom ik tot een andere conclusie. Elisabeth van Druijvendael wordt niet aangeduid als zuster! Zij is volgens mij de dochter van Hendrik Jans van Druijvendael, dus een nicht van de anderen.

Gedeelte van het regest:

Judith van Druijvendaal, Jan van Druijvendaal, Berendina Cornelia van Druijvendaal, Evert van Lunteren en Reijnira van Druijvendaal e.l., caverende voor hun zwager en zuster Johannes Hendricus Scholten en Marijken van Druijvendaal e.l., alsmede Huijbert Jorissen en Elisabeth van Druijvendaal e.l. etc
Datering 5 juli 1742 en 12 juli 1742

Het gaat over de verkoop van een huis in de Wielackersteeg. A. van Egmond merkte hierover op: Ik vermoed overigens dat het huis in kwestie in 1708 in de familie is gekomen. Op Gelders archief staat een akte waarin een obligatie op dit huis is over gedragen aan ene Johanna van Druijvendaal. Misschien een zus van Willem en Hendrik?

Dat lijkt me een juiste conclusie van hem/haar. Het is dan ook aannemelijk te veronderstellen dat de kinderen van Willem en Hendrik als erfgenamen van Johanna van Druijvendael het huis verkopen. Weer een puzzelstukje opgelost van deze familie, waarvan de naam is uitgestorven.

Met de hulp van het forum heb ik de voorouders van Cornelia Scholten kunnen opsporen. Ik wacht op de digitalisering van het testament van haar vader op 11 mei 1767 en hoop daarin meer te weten te komen van het leven van Cornelia Scholten en Claes van Ruwaarde na 1746. Ik laat het jullie weten!

Tineke Tjoelker - 21 mei 2019 - 18:21

Ik ben nog een beetje verder aan het snuffelen want het zit mij niet lekker dat ik Judith van Druijvendaal nog niet heb gevonden als dochter van Willem Jansen

Nu kom ik het volgende tegen.

Doop in Arnhem:

24 september 1654

V: Jan Willemsen

M: Hilleke Heijmens    (Kan dit een verschrijving zijn van Eijmeren?)

K: Judith

Doopboek Arnhem: link

Kan de in de transportakte genoemde Judith deze Judith zijn, dus zuster van Willem Jansen? Of heeft Willem Janssen een (nog niet gevonden) dochter Judith vernoemd naar zijn zus?

 

Fout, verschillende personen vermengd.

A van Egmond (nieuw) - 21 mei 2019 - 22:02 (laatst bijgewerkt 22 mei 2019 — 10:00 door auteur)

Overigens, de enige geschikte doop die ik vind voor Willem Janssen is deze waarbij de voornaam van moeder Hilleke fout opgescheven moet zijn:

5 december 1656

V: Jan Willemsen

M Neeltgen Willems

K: Willem

Doopboek Arnhem: link

Hoe waarschijnlijk is het dat een voornaam Hilleken foutief wordt opgeschreven als Neeltgen?

A van Egmond (nieuw) - 21 mei 2019 - 22:19

Dit is overigens de akte waarin Johanna van Druijvendaal in 1708 een obligatie krijgt op een huis in de Wielackersteeg.

Link

Deze obligatie krijgt zij van Johanna Ooms weduwe van Derk Egberts.

A van Egmond (nieuw) - 21 mei 2019 - 22:28

A. van Egmond schreef:

(Kan dit een verschrijving zijn van Eijmeren?)

Dat is geen verschrijving, want je bent in de war met de eerste vrouw van Willem Jans van Druijvendael: Marijtje van Eijmeren.

Wat betreft de doop van Judith in 1654. Dit zou dé Judith kunnen zijn. Ze is dan wel heel oud geworden,, want ze leefde nog in 1742. Ze maakte in 1717 haar testament op samen met haar zuster Johanna. Ook moet de opmerking over de vier kinderen in het testament van Willem Jans van Druijvendael in 1711 dan anders worden geïnterpreteerd. Het zou kunnen kloppen, want dat zijn dan Jan, Berendina Cornelia, Reijnera en Marijtje.

Ik vind het een ingewikkelde familie. Er is ook een Steven Cornelissen van Druijvendael. Hoe past hij erin? Berendina Cornelia is waarschijnlijk dezelfde als Cornelia. Hendrik Jans van Druijvendael heeft een zoon gehad, Cornelis van Druivendaal, die van 1722 tot 1728 (overleden!) in dienst was van de VOC.

Er mist één doop, nl die van Johanna!

De link naar de obligatie van Johanna werkt bij mij niet. Via het Gelders Archief toch gevonden.

Interessant stuk. Ik ga hem transcriberen. Ik zag in de gauwigheid Otto Heijmans staan!

Tineke Tjoelker - 22 mei 2019 - 08:47 (laatst bijgewerkt 22 mei 2019 — 09:00 door auteur)

Transcriptie:

"Den 11e Januarii 1708

Coram Brienen ende Wilbrennink, scab[inis]
Compareert Otto van Hensbergen rentm[eeste]r
als volm[achthebbe)r van Johanna Ooms, wed[uw]e
van wijlen Derk Egberts, vermogens
procuratie op den 1e Oct[tobr]i deses jaers
1707 voor Borgerm[eeste]ren en Schepenen der
Stad Nijmegen gepasseert, en heeft
in dier qual[it]é in de beste en besten-
digste forma van regten gecedeert
getransporteert en in eijgendom over-
gegeven, gelijk deselve doet in kragt
deses aen Johanna van Druijvendael,
een obligatie van vier hondert guldens
cap[itae]l met alle de agterstedige renten
van dien, staande tot laste van Otto
Heijmans en Hilleken Heijmans in
leven Egtelieden, waer bij deselve Egtelieden bij
Schepen acte de dato den 24 Augusti 1678
hebben verbonden alle derselver gerede en
ongerede goederen en in specie haer
huijs alhier in de Wielacker Steeg
staende, bekennende hij Comparant in na-
em van sijn Principalinne voornoemt
aen de gemelde obligatie ende 't effect
van dien het minste regt of praeten-
sie niet meer te hebben off te behou-
den in enigerleij manieren, daervan
op 't bundigste ten behoeve van voorscreven
Johanna van Druijvendael renun-
tiërende"

Tineke Tjoelker - 22 mei 2019 - 09:22 (laatst bijgewerkt 22 mei 2019 — 11:22 door auteur)

Sorry voor de foute gedachtekronkel bij de doop van Judith.Het was gisteren te laat.

Ook bij mij werkt de link nu niet meer. Blijkbaar is die maar bepaalde tijd geldig.

De akte van transport van obligatie, lijkt mij aan te geven dat Johanna de obligatie heeft verkregen op het huis van haar moeder en (stief)vader. Op grond waarvan zij dat heeft verkregen is mij nog niet duidelijk. Ook niet of de ouders nog in leven zijn. Of is de schuld een onderdeel van de erfenis van de ouders en heeft Johanna die schuld overgenomen?

Deze familie is inderdaad lastig, omdat vóór ca 1700 niemand dat naam van Druijvendaal gebruikt en ná ca. 1700 iedereen en dan ook nog zonder patroniem.

Ik heb dus nog steeds Judith en Johanna niet gevonden, maar mijn gevoel is dat Judith en Johanna, zussen zijn van Willem Jansen en Hendrik Jansen. Dat Johanna het huis nalaat aan haar nog levende zus Judith, de kinderen (4st) van haar overleden broer Willem Jansen en het enig nog levende kind van Hendrick Jansen, zijnde Elisabeth.

Overigens is zoon Cornelis ook formeel onterfd in een akte opgesteld 10-10-1722 net voor overlijden van zijn moeder Neeltje Blanckensteijn. Hij was een zeer ondankbaar kind schijnbaar. Hier het testament: https://www.geldersarchief.nl/bronnen/archieven?mivast=37&mizig=128&miadt=37&miaet=18&micode=2003_Testamenten&minr=43631960&miview=ldt

Image 221 + 222 / 566

A van Egmond (nieuw) - 22 mei 2019 - 10:16 (laatst bijgewerkt 22 mei 2019 — 10:27 door auteur)

Ik ben het met je eens. De familie van Druijvendael is voor een groot deel ontrafeld voor zover de bronnen het tot nu toelaten. Bedankt!

Tineke Tjoelker - 22 mei 2019 - 17:30

De kwestie van die obligatie lijkt me niet zo moeilijk te begrijpen.

Een obligatie is een schuldpapier. Johanna Ooms (of wijlen haar man Derk Egberts)  heeft aan Otto en Hilleken Heijmans, de ouders van Johanna van Druijvendael, een lening verstrekt, à ƒ400, waarvoor zij een obligatie heeft gekregen en rente ontvangt. De leningnemers staan daarvoor in met al hun roerende en onroerende goederen en in het bijzonder met hun huis - eigenlijk is het dus een hypotheek. Johanna van Druijvendael neemt deze obligatie over van Johanna Ooms. Het bedrag waarvoor zij dat doet, wordt niet vermeld.

Het is een logische handelwijze van de dochter, aangenomen dat ze het geld ervoor heeft: waarom zou je je ouders rente laten betalen aan een derde, wat uiteindelijk ook nog ten koste gaat van de erfenis?

Tineke Tjoelker - 22 mei 2019 - 17:53 (laatst bijgewerkt 22 mei 2019 — 17:57 door auteur)

Ik plaats nog een 'kleine' kanttekening bij mijn gevoel over de familiesamenstelling.

Johanna en Judith zijn beiden ongehuwd blijkt uit testament waar ze elkaar als erfgenaam benoemen.

Judith, in ieder geval, en Johanna leven tot een zekere ouderdom. M.i. kunnen ze dat in die tijd alleen als ze vermogend zijn geweest. Het is niet mijn beeld dat Willem Jansen en Hendrik Jansen bijzonder vermogend zijn geweest. Waar komt een evt vermogen van Johanna en Judith vandaan? Is er nog een ander persoon, de vader van Johanna en Judith, in het spel die een vermogen heeft vergaard?

Waarom gebruiken Willem Jansen en Hendrik Jansen vanaf ca 1690 ineens de naam van Druijvendael en daarvoor niet?

Dat blijven interessante vragen over deze familie.

Veel referenties naar de familie (van) Druivendael zijn er overigens niet te vinden:

- een interessant verhaal waarin  een Jan Druijvendael, vertaler, voorkomt en is overleden op 25 mei 1681 op Formosa tgv de verovering van Fort Zeelandia en Formosa en vervolgens verdrijven van de VOC en Nederlanders aldaar door een chinese krijgsheer Coxinsan: http://13461921520.com/b/mieshi%20riji.pdf (De Nederlandse tekst begint aan het einde van het boek en gaat naar voren)

- in de Surinaamse gemeenschap en terug te voeren op Surinaamse slaven, komt de naam Druivenda(a)l voor. Wat is de oorsprong van die naam?

 

Ik zou zelf ook nog op zoek gaan naar testamenten van Johanna en Judith en evt boedelbeschrijvingen na overlijden.

Voor nu lijken de bronnen wat opgedroogd.

A van Egmond (nieuw) - 22 mei 2019 - 17:55 (laatst bijgewerkt 22 mei 2019 — 18:00 door auteur)

Reijniera van Druijvendaal was ook enorm vermogend. Het volgende komt uit de collaterale successie na haar overlijden:

 

Op reqte van R. Reinders, als executeur testamentair van den boedel en nalatenschap van wijlen Reiniera van Druivendaal, weduwe van Jan Lammers  Scan 474-0323 Coenen, 10. Aug. deses jaars binnen Arnhem overleden; dat volgens hare gemaakte testamentaire dispositie van den 23. Decb. 1769 op Cornelia Schouten, huisvrou van Hendrik Kniest en andere daar bij genomineert onder andere is gedevolveert

- de halfscheit in een parceel boulant, groot twee mergen,   drie quart hont, in de heerlikheit van Westervoort   gelegen

- voorts mede de halfscheit van navolgende oblegatien  groot in t' geheel 4600 guldens ten laste van H. van   Munster en zijn huisvrou gevestigt 1. Decb. 1766 in   haarl. goederen onder Bhar en Lathum

- 1100 guldens ten laste G. Craeijvanger en zijn huisvrou  van 6. Maij 1767 in hare goederen als voren gelegen,  gevestigt

- 3000 guldens ten laste van G. van Wheel cum unxore  van 24. Decb. 1767 in derselver goederen als voren  gesitueert, gevestigt 

- 3000 guldens ten laste van H.C. Thelosen en sijn   huisvrou van 15. Decb. 1775 in hare goederen onder de   heerlikheit Gendringen

- 19475 guldens zijnde de halfscheit van een capitaal van  38950 guldens, door den geheime raadt en volmagtiger  van den vorst L.C.O. van Salm Salm, 24. Feb. 1774 ten  behoeve van de overledene en haren eheman voor den  gerigte van Gendringen schuldig bekent, en verbonden  in den kleinen Bredenbroek in voors. heerlikheit,  gehorende onder de Anholtsche goederen, voorts tot  meerdere securiteit voor den stadtsgerigte van Arnhem  op 28. Feb. 1774 in t' geregte derde gedeelte van den  Anholtschen tol op den Rhijn en IJsel, en binnen   Arnhem wordende geheven, waar van bij resolutie van  29. April 1775 door de Gedeputeerde Staten van  Veluwe en bij die van 6. Junij daar aanvolgende door de   Gedeputeerde Staten van deze graafschap is verstaan,  dat aan een ijder van de twee quartieren de geregte  halfscheit van het collaterale, als toen wegens t'  afsterven van des overledenes eheman opglt verschult  zal worden betaalt.

Haar Edm. etc& hebben van den 50. penn. etc& op drie hondert drie en twintig guldens, vijf stuivers, tien deniers. 

A van Egmond (nieuw) - 22 mei 2019 - 21:37

Ik heb het idee dat we steeds dichter bij een antwoord op mijn oorspronkelijke vraag komen. Knap werk, A. van Egmond, mijn compimenten! Ik vroeg me natuurlijk af na je vorige bericht of Cornelia Schouten dezelfde is als Cornelia Scholten. Dat is inderdaad zo: Zie het onderstaande regest:

50 De roeidrager Rutger Reijnders in kwaliteit van gemachtigde van Barent van der Hoop en deszelfs huisvrouw Alida van Britten kracht volmachten, de ene op 05-12-1767 voor burgemeesters, schepenen en raden der stad Arnhem en de andere op 11-04-1768 voor Baljuw en schepenen van de Watergraafsmeer gepasseerd, verklaart q.q. te cederen, te transporteren en in een volle en vrije eigendom op te dragen en over te geven aan en ten erfelijke behoeve van Hendrik Kniest en Cornelia Scholten e.l. een huis en erf, staande en gelegen binnen deze stad in de Rijnstraat op de hoek van de Kortestraat, laatst door wijlen Bartholomeus van der Hoop bewoond geweest, alsmede 2 daarnaast aanstaande huizen in de Korstestraat, het ene in huur bewoond wordende door vrouw Wouters en het andere door David van Zeijst, bekennende de comparant dat de volle kooppenningen van dien ter somma van 421 gl. vrij gled aan hem in zijn opgemelde kwaliteit zijn voldaan en betaald [enz.];
Datering:
 

03-05-1768

Folio:
 

70r-70v

Toegangsnummer:
 

2003 ORA Arnhem

Inventarisnummer:
 

430

   
 
   

Tineke Tjoelker - 23 mei 2019 - 08:57 (laatst bijgewerkt 23 mei 2019 — 09:48 door auteur)

In het begraafboek van Arnhem vind ik, dat Juffrouw Reijniera van Druijvendel, weduw van Jan Lamers, begraven is op 14 augustus 1779. Dat is dus tien jaar later. Hoe is dat te verklaren? Er zijn ook meerdere regesten van Reijnira van Druijvendael tussen 1769 en 1779. Dus de datum van 1769 kan niet kloppen.

Het vermoeden komt bij mij op, dat Cornelia Scholten na het overlijden van Claas Abraham van Ruwaarden getrouwd is met (Jan) Hendrik Kniest. Mogelijk is Claas van Ruwaarden van Amsterdam met een schip vertrokken voor de VOC of de WIC en in het buitenland overleden. De andere personen, die in het testament van 1746 werden genoemd waren Albertus Berewout, Notaris Lucas Willems Kramp en Pieter Nicolaas Audrouin.

Albertus Berewout was gedoopt op 27 april 1729 te Amsterdam,
in de Zuiderkerk als zoon van Jan Berrewout en Clara Paulina van Meege.
In 1751 was hij Commandant van de Wacht aan 's Lands Magazijn, in de
Plantagie bij de Plantagiebrug.

Mr. Lucas Willems Kramp was in 1750 Commies van de Admiraliteits Werf.

Albertus Berewout en Lucas Willems Kramp staan als zodanig vermeld in het boek
"Het edel mogende Collegie ter Admiraliteit resideerende binnen Amsterdam,
nevens derzelver bediendens en hunne woonplaatsen" van C. Wilt uit 1758.

De Leijdse Courant van 28 maart 1770 meldde, dat
den Heer Pieter Nicolaas Audrouin op 10 september 1769
in Suriname was overleden.

Waarom werd het testament in Amsterdam opgemaakt, terwijl het toekomstige echtpaar in Spaandam woonde? Haarlem had toen meer voor de hand gelegen.

We moeten dus op zoek naar het huwelijk van Cornelia Schouten/Scholten met (Jan) Hendrik Kniest!

Tineke Tjoelker - 23 mei 2019 - 09:10 (laatst bijgewerkt 23 mei 2019 — 09:46 door auteur)

De datum van 23-12-1769 is de datum van opstellen van genoemde testamentaire dispositie. Niet van overlijden van Reijniera.

Haar (2e) man is in 1774 overleden:

Op reqte van Reiniera van Druijvendaal, wede erfgenaame testamentair en getugtigde boedelhoudersche van wijlen haren eheman Jan Lamertz Coenen 1. Nov. 1774 t' Arnhem overleden

 Reijniera is 10 augustus 1779 overleden

Op reqte van R. Reinders, als executeur testamentair van den boedel en nalatenschap van wijlen Reiniera van Druivendaal, weduwe van Jan Lammers  Scan 474-0323 Coenen, 10. Aug. deses jaars binnen Arnhem overleden [AvE=1779]

A van Egmond (nieuw) - 23 mei 2019 - 09:46

Bedankt voor je uitleg! Ik had het niet goed gelezen!

Tineke Tjoelker - 23 mei 2019 - 09:51 (laatst bijgewerkt 23 mei 2019 — 09:52 door auteur)

Huwelijk Cornelia Scholten gevonden! Het blijkt, dat ze niet getrouwd is geweest met Claas Abahams van Ruwaarden.

Ondertrouw Arnhem: 7 juni 1766
"Jan Hendrik Kniest j.m.
en Cornelia Scholten, j.d. beijde wonende alhier
Alsoo de bruijdt onpasselijk was en niet konde
tegenwoordig sijn bij de Intekening heeft den
ouderling Braakman getuijgt dat de
bruijdt consenteerde tot Intekening
en gesien het schriftelijk consent des
bruijdegoms moeder en des bruijdts vader
hier getrouwt 25 junij 1766"

Cornelia Scholten werd begraven op 22 juni 1796 te Arnhem als vrouw van Jan Hendrik Kniest.. Zij laat geen kinderen na.
Jan Hendrik Kniest werd op 25 oktober 1800 te Arnhem begraven. Hij laat geen kinderen na.
Zoals bekend wacht ik op de digitalisering van het testament van Cornelia's vader Johannes Hendricus Scholten uit 1767 te Haarlem, maar ik vermoed al wat erin zal staan dankzij alle hulp, die ik van het forum mocht ontvangen. Iedereen bedankt! Ik had het niet verwacht zo goed geholpen te worden.

Tineke Tjoelker - 24 mei 2019 - 08:07 (laatst bijgewerkt 24 mei 2019 — 09:45 door auteur)

Wat voor conclusie valt hieraan te verbinden?

  • Dat Cornelia Scholten x Hendrik Kniest genoemd bij de request over de collaterale successie in 1779, niet dezelfde Cornelia is als die gehuwd is met Claas Abrahams van Ruwaarden,
  • of ook dat de doop in Spaarnedam in 1717 van de Cornelia Scholten dochter van Johannes Scholten en Maria van Druijvendaal, niet de juiste Cornelia Scholten is?

A van Egmond (nieuw) - 24 mei 2019 - 14:08 (laatst bijgewerkt 24 mei 2019 — 14:09 door auteur)


Mijn conclusie is dat het huwelijk van Cornelia Scholten en Claas Abrahams van Ruwaarden uiteindelijk niet is doorgegaan om de een of andere reden. Het testament op 4 juli 1746 werd gemaakt vòòr ze getrouwd waren. Ze waren van plan om te trouwen.

Een paar passages uit het testament, waaruit dit blijkt:

"Zo verklaren zij testanten ingeval zij luijden
met elkanderen op het overlijden van een
van hun bijde nog niet wettig mogten
zijn getrouwt, gelijk hun luijder voornemen
was, als dan elkanderen alleen te beneficieeren
met het volgende"

"Edog indien zij testanten met elkanderen
komen te trouwe, zo verklaeren zij testanten
in alle voorkomende gevallen"

Het testament staat hier:

https://www.tjoelker.org/img/0/2/e15e34082e515f1aa83fc39ef20.html

Wat was de reden dat ze al een testament maakten voor ze gingen trouwen? Waarom doet iemand zoiets? Dat vraag ik me steeds af. Het lijkt me verder aannemelijk dat het bij de doop in Spaarndam en de collaterale successie in 1779 te Arnhem gaat over dezelfde Cornelia Scholten.

Tineke Tjoelker - 24 mei 2019 - 16:04 (laatst bijgewerkt 24 mei 2019 — 16:49 door auteur)







Plaats een reactie

Om reacties (en nieuwe onderwerpen) te plaatsen op het Stamboom Forum dient u eerst in te loggen! Nog geen lid? Registratie is gratis en snel!


Inloggen Registreer nu