Johan Stevens van Meurs is geboren omstreeks 1620, zoon van Steven van Meurs. Jan:
(1) trouwde op 04-08-1649 in Arnhem met Jenneken (Jantge) Wouters, j.d. van Wolter Elbers, beijde van Aernhem, test. Engel Bongerts ouderlijnck
(2) trouwde op 22-10-1671 met Catharina Beltges, nadat zij op 23-09-1671 in Arnhem in ondertrouw zijn gegaan.
Catharina j.d. is een dochter van Willem Beltgens en Weyntgen van Gessel.
Johan van Meurs, laat op zijn ziekbed een akte opmaken (1698 - 1702 /scan 424) [LINK] waarin worden genoemd,
- zijn dochter Maria van Meurs, getrouwd met Lodewicús Boúseraet [Louis Boucherat, Ludovicus Bouschernet].
- zijn schoonzuster Johanna Beltgens
en 'sijn halve Broeder Jacob Theunissen'.
Ik ben op zoek naar deze Jacob Theunissen. Zelf denk ik aan Dr. Jacob Coets, maar enig bewijs ontbreekt.
dit regest [hier] biedt mogelijk uitkomst:
"Geesken Hermans, laatst weduwe van zal. Steven van Meurs, verklaart aan haar voorzoon Jacob Thonissen, ehelijk geprocreeerd bij zal. Thonis Derxen, wegens zijn vaderljik versterf volgens magescheid d.d. 08-03-1625 schuldig te zijn de summe van 500 gl. en nog naderhand van zijnentwege van zijn bestemoeders versterf ontvangen te hebben in 3 verscheidene posten de summe van 250 gl., makende alzo tezamen de summe van 750 gl., waarvoor zij, comparante, verbindt alle haar gerede en ongerede goederen en in specie haar huis, staande op den legen hoeck, Jacob Tulleken ter eenre- en Jan van Schonevelt ter andere zijde"
Peter, dat kan haast niet missen! Geweldig, hartelijk dank weer, dit schept weer nieuwe mogelijkheden ......
Waarschijnlijk is ook Dr, Jacob Coets dezelfde persoon. Maria van Meurs komt de wens van haar vader volgens mij nog na.
Haar tweede echtgenoot, Dr. Johan van Triest (Rechter en doctor) voor zich en als man en momber zijner huisvrouw Maria van Meurs, erfgenaam van haar vader Johan van Meurs, en ook door dezelve zijn huisvrouw en deszelfs moeie Johanna Beltjens tot de navolgende opdracht speciaal gevolmachtigd, volgens procuratie, op 31-10-1707 voor richter en schepenen der vrije heerlijkheid Malden gepasseerd, heeft in die kwaliteit in een vaste en stedige erfkoop aan en ten behoeve van Dr. Jacob Coets en Hendrina Coets e.l. opgedragen zeker huis en hofstad of schuur, gelegen alhier in de Gortemakerssteeg tussen de erven van de kopers ten oosten en het erve van de hopman Derk Tulleken ten westen, bekennende van de kooppenningen van dien ter somma van 100 rijksdlrs. ten volle betaald te zijn [enz.];