stamboomforum

Forum logoOnderzoek in Nederland » Joost Clementsz, geboren in Den Haag, die woonde als priester in Leiden, Jodocus Clemens de Haga, openbaar pauselijke notaris 1549



Profiel afbeelding

In mijn publicatie uit 2014 "Oudere generaties familie Gardijn in Voorburg 1450 - 1700" (www.onsvoorgeslacht.nl) maakte ik melding in "Paragraaf D Heer Joost Clementsz priester wonend in Leiden blz. 152" van Joost Clementsz, geboren in Den Haag, broer van bontwerker Jan Clementsz, woonde als priester in Leiden en was verbonden aan de Commanderij van Sint Jan in Haarlem, waar hij in 1563 overleden is. Hij was pastoor op verschillende locaties, waaronder Beverwijk, Hazerswoude en Oegstgeest.

Over hem vond ik nu interessante aanvullende gegevens in het archief van de abdij van Rijnsburg bij het Nationaal Archief.

Hij is in de inventaris vermeld onder de naam "Jodocus Clemens de Haga, propastor in Oostgheest".

Nationaal Archief, toegang 3.18.20.

Inventaris van het archief der adellijke Vrouwenabdij van Rijnsburg van de Orde van Benedictus, 1179-1574

1131. 1549 Juni 11.
De officiaal van de aartsdiaken van Utrecht geeft kennis van de voordracht van Joannes Wilhelmi tot de kapelanie der H. Maagd in de St.
Willebrordskerk te Oostgeest, vacant door overlijden van Cornelius Petri van Woerdt en beveelt de gewone afkondigingen te doen.
Datum anno Domini millesimo quingentesimo quadragesimo nono, die undecima mensis Junii.
Orig. ( inv.nr. 959.2 ). Met uithangend zegel in groene was.
Op den rug een acte van 20 Juni
 

1132. 1549 Juni 20.
Jodocus Clemens de Haga, propastor in Oostgheest, oorkondt dat hij volgens vorenstaand mandaat (zie 1549 Juni 11) de vereischte
afkondigingen gedaan heeft, maar dat niemand bezwaren heeft ingeleverd,
Anno Domini millesimo quingentesimo quadragesimo nono, vicesime die mensis Junii.
Orig. ( inv.nr. 959.2 ). ondertekend.

Afbeeldingen zijn alleen zichtbaar als u bent ingelogd op het Stamboom Forum

 

1133. 1549 Juni 24.
De officiaal van de aartsdiaken van Utrecht geeft bevel om Joannes Wilhelmi in het bezit der vicarie van S. Marie in de kerk van S.
Willibrerdus te Oestgeest te stellen, waarmede hij na de dood van Cornelius Petri de Woerdt door de abdis van Reynsburch begiftigd is,
waartegen niemand zich verzet heeft, en dien hij hierbij admitteert.
Datum Traiecti anno Domini millesimo quingentesimo quadragesimo nono, die Lune post festum Venerabilis Sacramenti continuata a die Sabbati praxime precedente.
Orig. ( inv.nr. 959.3 ). Met uithangend zegel in groene was.
In dorso een acte van 1549 Juli 22.
 

1134. 1549 Juli 22.
Jodocus Clemens de Haga, openbaar pauselijke notaris, protesteert dat dit tegenwoordige mandaat (zie 1549 Juni 24) ten uitvoer gelegd is door den deken van Rijnland, Amelis van Oy, in tegenwoordigheid van Jacobus van Duvenvoerde, pastoor in Warmonda, e.a.
Anno Domini M. mo V.c. mo XLIX die vero XXII mensis Julii.
Orig. ( inv.nr. 959.3 ). ondertekend.

Ik ben benieuwd of er onder de onderzoekers op www.stamboomforum.nl collega's zijn die mij kunnen helpen meer info te vinden over deze Jodocus Clemens de Haga, die onder meer pauselijk notaris is geweest.

Jacques Duivenvoorden - 29 mei 2025 - 15:33 (laatst bijgewerkt 8 jun 2025 — 23:20 door auteur)

Joost Clementsz alias Joest Clemensz, pastoor te Beverwijk, Hazerswoude en Oegstgeest († okt 1563 Haarlem)

Joost Clementsz, ook genoemd Joest Clemensz, was een geestelijke afkomstig uit Den Haag, verbonden aan de orde van de Johannieters. Hij vervulde in de jaren 1530–1550 meerdere kerkelijke functies binnen het bisdom Utrecht.

Hij is vanaf ten minste 1530 tot 1537 aantoonbaar pastoor van de parochiekerk te Beverwijk. Dit blijkt uit een akte van 16 maart 1536, waarin hij als “cureit van die prochie kerck van Beverwijck” optreedt. Daarin verhuurt hij een hoek hooiland aan een zekere Antonis Claesz voor een jaarlijkse erfhuur van 24 stuivers en twee koppen boter, te voldoen op respectievelijk Sint-Bavomis (1 oktober) en in de maand mei. De akte is door Joost met eigen hand opgesteld en ondertekend met zijn gebruikelijke naam.1

Parallel daaraan was Joost ook actief als pastoor van Hazerswoude, in het Hollandse deel van het bisdom Utrecht. Op 17 juni 1533 ontvangt hij van Gabriël Cornelisz van Schoonhoven een perceel land in erfpacht dat toebehoorde aan een kapelanij in de parochiekerk van Hazerswoude. Dit geschiedde op voorwaarde van wekelijkse mislezing voor Onze Lieve Vrouw. De akte is voorzien van retroakten vanaf 1528 en bevestigd door onder meer Johannes Slacheck, proost en aartsdiaken van Utrecht, en Willem kardinaal van Tortosa, bisschop van Utrecht.2 Deze erfpachtvorm, aangeduid als emphyteosis of eeuwig verdrag, bracht een jaarlijkse pensioen van zeven Carolusgulden met zich mee, ten laste van de kapelanij.

Vanaf 1549 is Joost Clementsz vermeld als propastoor van Oegstgeest, optredend als pauselijk notaris. In een akte van 22 juni 1549, opgesteld in opdracht van deken en kapittel van Oudmunster, is hij een van de drie geestelijken die in Oegstgeest worden benoemd om de vacant geraakte pastorie in het beheer van het kapittel te nemen. Hieruit blijkt dat hij nog in functie was en als gezaghebbend geestelijke optrad binnen het diocees.3

Deze opeenvolgende (en mogelijk deels overlappende) ambten duiden op een ervaren, invloedrijke priester binnen de Hollandse tak van het bisdom Utrecht, mogelijk met een administratief-juridische rol binnen zijn orde.


Noten


 

Footnotes

Noord-Hollands Archief (NHA), toegang 2123, Kloosters te Haarlem, Commanderij van Sint Jan, inv. nr. 79, Register van inkomsten van de parochiekerk van Beverwijk, bijlage d.d. 16-03-1536.

NHA, toegang 2123, Archieven van de kloosters in Haarlem, Commanderij van Sint Jan, inv. nr. 58, Akte van erfpachtgeving d.d. 17-06-1533 door Gabriël Cornelisz van Schoonhoven aan Joost Clementsz Uuttenhage. Met aangehechte retroakten vanaf 1528. Bevestigd door Johannes Slacheck (brief d.d. 18-06-1533) en Willem kardinaal van Tortosa, bisschop van Utrecht (brief d.d. 23-06-1533).

Regionaal Archief Leiden, Oud Archief Kapittel van Oudmunster (Domkapittel Utrecht), oorkonde d.d. 22 juni 1549, waarin Joost Clementsz als propastoor van Oegstgeest wordt genoemd.

Jacques Duivenvoorden - 29 mei 2025 - 17:08 (laatst bijgewerkt 29 mei 2025 — 18:42 door auteur)

Biografie van heer Joost Clementsz († oktober 1563), pastoor van Hazerswoude en frater van de Johannieterorde

Heer Joost Clementsz was een Leidse priester en frater van de Johannieterorde van Sint Jan van Jeruzalem. Hij werd rond het midden van de 16e eeuw aangesteld als pastoor van Hazerswoude, een functie die hij in ieder geval tot ca. 1558 uitoefende. In het memoriaal van het Johannieterklooster te Haarlem wordt zijn overlijden genoteerd in oktober 1563: "October heer Joost Clements zoon frater ordinis anno 1563" (NHA, toegang 2123, inv. nr. 359, fol. 53v).

Zijn woonplaats was de stad Leiden, waar hij meerdere malen voorkomt in de kohieren van de tiende penning:

In 1557 wordt hij in de Diefsteeg vermeld als eigenaar van een huis met een geschatte waarde van 10 pond (10e penning: 20 stuivers).

In 1561 blijkt hij op de Pieterskerkgracht ("Kerckgraft") te wonen. Zijn bezit werd daar geschat op 12 pond. Een zekere Heijltgen Evertsdr wordt als gebruikster van een kamer in zijn huis vermeld.

Op 29 september 1561 koopt Joost Clementsz een lijfrente van 12 carolusgulden ten laste van de meesters en regenten van het leprozenhuis buiten Den Haag, betaalbaar jaarlijks vanaf 1562. De akte vermeldt hem uitdrukkelijk als priester "wonende binnen der stede van Leiden".

Zijn woonhuis aan de Pieterskerkgracht wordt voor het eerst vermeld op 1 januari 1554 in het Leidse inbrengboek. Het betrof een pand met erf, belendend aan het huis van Gijsbrecht Fransz (organist) en Gerrit Roeloffsz. Joost wordt daar al genoemd als priester, evenals een zekere heer Jan Pietersz van Horn. De koopsom was 212 Karolusgulden; het huis werd op 1 mei 1554 overgedragen aan Marijtge Jacobsdr van Gouda, maar kennelijk bleef Joost daar (deels) wonen of kocht hij het later terug, aangezien het huis na zijn dood in 1563 door zijn erfgenamen wordt verkocht.

Op 16 november 1563 verkopen zijn erfgenamen – onder wie Jan en Baerent Jan Clementsz (beide te Den Haag) en Frans Dircxz te Delft namens weduwe Scholastica Ghijsbrechtsdr – het huis aan Thomas van Hogendorp. Het betrof een huis met aangrenzende kamer aan de Pieterskerkgracht, tussen de huizen van Jan Reijersz van Gelre en de erfgenamen van Claes Cuper, strekkend tot achter het erf van heer Jan Pietersz, alias "zwarte heer Jan".

In de verkoopakte wordt bepaald dat Heijltgen Evertsdr, vermoedelijk huishoudster of familie van Joost Clementsz, de betreffende kamer levenslang mocht blijven bewonen en onderhouden. Als borg voor de vrijwaring van de verkoop trad Andries Huijgensz, schoenmaker, op.

Uit een "memoriaal hantbouckchen" uit 1558 blijkt dat Joost Clementsz betrokken was bij bezittingen en fondaties ten behoeve van een kapelanij op het Onze-Lieve-Vrouwe-altaar te Hazerswoude. Hierin worden o.a. Baldinus Walteri en Gerardus Laurentii, "frater suo", genoemd.

Biografie opgesteld met hulp van ChatGPT

Jacques Duivenvoorden - 29 mei 2025 - 17:35 (laatst bijgewerkt 3 jun 2025 — 10:52 door auteur)

Visualisatie: ligging van het huis van heer Joost Clementsz in Leiden

De Pieterskerkgracht is duidelijk zichtbaar op de kaart van Leiden door Pieter Bast uit ca. 1600. Op basis van de beschrijving in het inbrengboek (1-1-1554) en de verkoopakte (16-11-1563) lag het huis van Joost Clementsz aan het begin van de Pieterskerkgracht, nabij de brug, aan de noordzijde:

Aan de ene zijde: Jan Reijersz van Gelre

Aan de andere zijde: erfgenamen van wijlen heer Claes Cuper

Achterzijde: erf van heer Jan Pietersz alias "zwarte heer Jan"

Heijltgen Evertsdr bewoonde levenslang een kamer in het huis

De huizen die hieraan voldoen bevinden zich op de kaart van Bast op de noordzijde van de gracht, als eerste en tweede panden vanaf de brug gezien (nrs. 1 en 3 in de annotatie van Martin Hooymans: Historisch Leiden in Kaart – Persoon 17959).


Bronnen

Noord-Hollands Archief (NHA), toegang 2123, inv. nr. 359, fol. 53v (necrologium Johannieters)

Regionaal Archief Leiden (RAL), Kohieren 10e penning 1557, 1561

RAL, Inbrengboek Leiden, fol. 15r (1-1-1554) en fol. 120r (1-5-1554)

Notariële akte verkoop woning: RAL, ORA Leiden, inv. nr. 200, fol. 204v (16-11-1563)

Lijfrente: Nationaal Archief, ORA Den Haag, toegang 3.03.01.01, inv. nr. 336, akte d.d. 29-9-1561

Historisch Leiden in Kaart, annotatie M. Hooymans: https://historischleideninkaart.nl/persoonformulier/?Id=17959

Jacques Duivenvoorden - 29 mei 2025 - 17:36


📜 Chronologisch overzicht van bronnen m.b.t. heer Joost Clementsz

1528–1533

Bron: Noord-Hollands Archief (NHA), toegang 2123, inv. nr. 262
Inhoud: Retroacten bij erfpachtverlening van 1533, o.a. Gabriel Cornelisz van Schoonhoven aan Joost Clementsz Uuttenhage, pastoor van Hazerswoude.
Datum: 17 juni 1533 (met retroacten vanaf 1528)
Toelichting: Pastoor Joost verkrijgt erfpacht op kapelanijbezit in Hazerswoude.


1544–1549

Bron: NHA, toegang 2123, inv. nrs. 256 t/m 263
Inhoud: Jaarlijkse ontvangsten van granen (tarwe en erwten), geleverd door of via zijn broer Jan Clementsz in Den Haag.
Datum: boekjaren 1544–1549
Toelichting: Leveringen aan het St. Jansconvent Haarlem, waar Joost als conventuaal leefde of mee verbonden was.


1546

Bron: NHA, toegang 2123, inv. nr. 256
Inhoud: Betaalt kwartaalbetaling van 9 gulden 6 schellingen als lijfrente aan de commanderij van St. Jan te Haarlem.
Datum: 1546
Toelichting: Betaling duidt op pachtovereenkomst of andere contractuele verplichting.


1554

Bron: Erfgoed Leiden, Inbrengboek 1554 (Oud Archief Leiden)
Inhoud: Inbreng van goederen te Leiden; heer Joost vermeld als eigenaar van een huis aan de Pieterskerkgracht.
Datum: 1554
Toelichting: Vastgoedbezit in Leiden, waarschijnlijk zijn vaste verblijfplaats.


1557

Bron: Kohier van de 10e penning Leiden 1557
Inhoud: Heer Joost ontvangt een lijfrente van 36 gulden van het Sint Catharina Gasthuis.
Datum: 1557
Toelichting: Vermelding van inkomsten uit renten; versterkt beeld van hem als financieel bemiddeld priester.


1561

Bron: Kohier van de 10e penning Den Haag 1561
Inhoud: Koopt een lijfrente van 12 carolusgulden van de regenten van het leprozenhuis te Den Haag.
Datum: 1561
Toelichting: Investeert in renten in Den Haag, mogelijk via broer Jan Clementsz.


Oktober 1563

Bron: Necrologium Commanderij St. Jan te Haarlem (NHA, toegang 2123)
Inhoud: Overlijdensvermelding van heer Joost Clementsz in oktober 1563.
Datum: Oktober 1563
Toelichting: Exacte overlijdensmaand bekend, overleden als lid van de Johannieterorde.


16 november 1563

Bron: Oud Rechterlijk Archief Leiden, ORA 50, f. 135v
Inhoud: Verkoop van het huis aan de Pieterskerkgracht door zijn erfgenamen aan Thomas van Hogendorp.
Datum: 16 november 1563
Toelichting: Bevestiging van overlijden; opvolging in eigendom van het huis in Leiden.


📌 Overige contextuele gegevens (niet direct gedateerd)

Locatie: Kaart van Pieter Bast, 1600
Inhoud: Geografische situering van het huis van heer Joost Clementsz aan de Pieterskerkgracht, tussen het huis van Jan Reijersz van Gelre en erfgenamen van Claes Cuper.
Bron: Regionaal Archief Leiden, kaart van Leiden door Pieter Bast

Jacques Duivenvoorden - 29 mei 2025 - 17:43

Op 23-06-1533 wordt Joost Clementsz in een in het Latijns gestelde acte vermeld als "domino Judoco Clementis di Hagis" ofwel heer Joost Clements uit Den Haag, ook geschreven als "heer Joest clementsz wtenhage".

Wellicht zijn er nog meer schrijfwijzen!

Jacques Duivenvoorden - 31 mei 2025 - 15:43

Bijlage: Schrijfwijzen van de naam Joost Clementsz (pastoor van Hazerswoude, overleden 1563)

In de onderzochte archiefbronnen uit de 16e eeuw wordt de naam van heer Joost Clementsz op uiteenlopende wijzen geschreven, afhankelijk van taalgebruik (Nederlands of Latijn), kopiist en context. Hieronder volgt een overzicht van de aangetroffen en waarschijnlijke schrijfwijzen.


1. Nederlandstalige schrijfwijzen

Joost Clementsz

Joest Clementsz

Joost Clemensz

Joest Clemensz

Joost Clemens

Heer Joost Clementsz

Heer Joost Clemensz, priester

Heer Joost Clementsz, frater

Joost Clementsz wten Hage

Joost Clementsz van den Hage

Joost Clementsz in Leiden

Heer Joost Clementsz, pastoir tot Hazerswoude

2. Latijnse schrijfwijzen

Dominus Judocus Clementis

Judocus Clementis de Haga

Judoco Clementis di Hagis

Domino Judoco Clementis, presbytero

Frater Judocus Clementis

Judocus Clementis, sacerdos

Magister Judocus Clementis

Judocus Clemens Haganus


3. Zoekstrategieën voor archiefonderzoek

Bij het onderzoek naar Joost Clementsz is het van belang de volgende variabele elementen in ogenschouw te nemen:

a. Voornaam:

Joost / Joest / Joos / Jodocus / Judocus (Latijn)

b. Patroniem:

Clementsz / Clemensz / Clementis / Clemens

c. Herkomst:

Wten Hage / Van den Hage / De Haga / Haganus

d. Functietitel:

Heer / Dominus / Frater / Pastoor / Priester / Sacerdos / Presbyter

Deze variabiliteit vraagt om een brede zoekopdracht en interpretatie van schrijfwijzen bij het raadplegen van originele archiefstukken, met name in handschrift en in Latijnse formulieren.


Bronvermeldingen:

Noord-Hollands Archief, toegang 2123, inv.nrs. 256–263

Charter d.d. 23 juni 1533 (Latijnse formulering: "domino Judoco Clementis di Hagis")

Kohieren 10e penning Leiden 1557 en 1561

Necrologium Johannieters te Haarlem

Notariële en pachtakten Leiden en Den Haag

Archief Abdij van Rijnsburg

Samenstelling: Jacques Duivenvoorden Datum: 1 juni 2025

Jacques Duivenvoorden - 1 jun 2025 - 15:14 (laatst bijgewerkt 1 jun 2025 — 15:17 door auteur)

In het archief van de abdij van Egmond (Noord-Hollands Archief, toegang 356, Inv. Nr. 83) wordt Heer Jodocus vermeld op 25-09-1547. Is dit dezelfde als heer Jodocus Clemens de Haga?

1521

Heer Jodocus, priester van het Utrechtse diocees en gezworen bode ("cursor juratus apostolicus"), relateert, dat Rutgerus Bossius de Montfordia, deken van de collegiaat- en parochiekerk van de H. Adrianus in Naeltwijck, rechter en conservator van de rechten van abt en convent van het klooster te Egmond, zich beroepende op de hierin opgenomen brief van paus Sixtus IV d.d. 1474 juni 7 (Reg.no. 1260) verklaarde, dat abt en convent zich beklaagd hebben over de handeling van Johannes Henrici de Beauvoor, substituut van de procureur-generaal van het Hof van Hollant, die in strijd met de privilegies van het klooster, zekere Egidius van den Inde uit de vrijheid van het klooster naar de Voorpoort in Haga Comitis heeft laten overbrengen, en dat hij de geestelijkheid gelast heeft genoemde Johannes Henrici, diens deurwaarder Adrianus Ogieri of anderen, die zich aan schennis van de gewijde plaatsen hebben schuldig gemaakt, persoonlijk of door aanslag op de deuren van de S. Jacobskerk in Den Haag of van de kapel van S. Maria op het Hof, het hierin geïnsereerde mandaat d.d. 1547 september (zie Reg.no. 1520) bekend te maken; dat blijkens dorsale aantekening op dit mandaat de berekening hiervan aan genoemde twee personen heeft plaats gehad en overlevering van de kopie aan deze geschied is. 
Gelijktijdig afschrift (Inv.no. 83) van de hand van notaris..... Bernardi., 1547 September 25 (Hagis)

Jacques Duivenvoorden - 2 jun 2025 - 09:10

Collectie Groesbeek

... Hazerzoude, dominus Johannes Pauli, dominus Cornelius de Scoten, pastor in Beverwijk, dominus Theodoricus de Egmonda, dominus Jodocus Clementis de Hagis, ...

1542-05-28 |

G.A. Haarlem Inv I 1799 Lade W/Arch St Jan Haarlem

Notaris Henricus Alberti, clericus Traj, instrumenteert dat reverendus dominus Henricus Henrici de Zwollis, nominatus electus et confirmatus coadjutor commendarie seu preceptorie conventus et domus St Johannis Hierosolimi in Haerlem, et dominus Gregorius Nicolai, pastor in Heemskerke, mr Johannes de Delft, dominus Albertus pastor in Zueterwoude, tevens in naam van de heren Everardus Henrici, Garbrandus de Alcmaria, pastor in Hazerzoude, dominus Johannes Pauli, dominus Cornelius de Scoten, pastor in Beverwijk, dominus Theodoricus de Egmonda, dominus Jodocus Clementis de Hagis, dominus Johannes Vitto de Amstelredammis et dominus Adrianus de Coedyck, broeders van St Jan te Haarlem, met elkander een overeenkomst gesloten hebben waarop mr Henricus voorn. zijn waardigheid aanvaard heeft. Acta in domo infirmitorii sepedicti conventus St Johannes. Presentibus mr Johanne Martini in medicinis doctore et Johanne Gerardi de Zuijren, burgimagistro dicti oppidi Haerlemensis. Op 29 mei d.a.v. ratificeert dictus dominus Garbrandus de Alcmaria deze overeenkomst

1549-06-06 |

Bronnen Gesch Abdij Rijnsburg

Maria de Tautenburch, abdis, en Willem van Alckemade als haar gemachtigde, presenteren aan Cornelius Myropius, aartsdaken van Utrecht, voor een vicarie te Oestgeest, vacant door de dood van Cornelius Petri de Woerdt, Johannes Wilhelmi, clericus (regest 1235). Eodem die verzoekt Johannes Guillelmi uit den Haag aan de nuntius deze vicarie te mogen aanvaarden (regest 1236). Eodem die verklaart Anneken Pietersdochter, weduwe Willem Ottez, dat haar zoon Jan Willemsz deze vicarie heeft verkregen onder voorwaarde dat hij deze terug zal geven indien hij een huwelijk mocht sluiten. Anneke belooft dat Jan, zodra hij meerderjarig geworden is, deze belofte zelf zal herhalen (regest 1237). Op 1549-06-11 laat de officiaal de afkondigingen voor deze presentatie doen. In dorso (op de keerzijde van de charter) de kennisgeving van Jodocus Clemens de Haga, propastor in Oestgeest, dat hij deze afkondiging op 22 Juni heeft verricht. Op 1549-06-24 beveelt de officiaal van de aartsdiaken Johannes Willelmi in het bezit van deze vicarie te stellen. In dorso een verklaring dd 1549-07-22 door de pauselijke notaris Jodocus Clemens de Haga dat Aemelius van Oij, deken van Rynland, deze opdracht heeft uitgevoerd in presentie van 2 getuigen onder wie Jacobus van Duvenvoerde, pastoor te Warmond (regest 1239)

https://www.collectiegroesbeek.nl/zoek/?q=jodocus%20clementis

Jacques Duivenvoorden - 2 jun 2025 - 16:28 (laatst bijgewerkt 2 jun 2025 — 18:23 door auteur)

Nationaal Archief

Nummer Toegang: 3.01.27.07
Inventaris van de charters, behorende tot het archief van de Grafelijkheidsrekenkamer van Holland

70.08 Hof van Holland en West-Friesland
 

Instemming door Florijs Gijsbrechtsz., pastoor te Oegstgeest, met de conclusie in zijn geschil met Pauwel Maertensz., waarbij hij afstand doet van de tiende van Kerkwerve 1551 april 6
Folio 16r.
'Verspreide charters' 443.

Uit deze charter blijkt dat Florijs Gijsbrechtsz pastoor te Oegstgeest is op 6 april 1551

Afbeeldingen zijn alleen zichtbaar als u bent ingelogd op het Stamboom Forum

Jacques Duivenvoorden - 7 jun 2025 - 11:43

Utrechts Archief toegang 216 Domkapittel te Utrecht Inv. Nr. 2461 Akte waarbij de commandeur van St. Jan te Haarlem zich verbindt tot de betaling van een rente van 3 lood zilver aan de domproost-aartsdiaken, wegens de incorporatie bij zijn klooster van de kerken te Heemskerk en Hazerswoude, 1528 dec. 29

Op 29 december 1528 verbond de commandeur van het Johannieterklooster te Haarlem zich tot het betalen van een jaarlijkse rente van drie lood zilver aan de domproost-aartsdiaken van het Domkapittel te Utrecht. Deze verplichting vloeide voort uit de incorporatie van de kerken van Heemskerk en Hazerswoude bij het klooster van de Johannieterorde. De akte waarin deze afspraak werd vastgelegd, is te vinden in het Utrechts Archief onder toegang 216, Domkapittel te Utrecht, inventarisnummer 2461.

Deze overeenkomst illustreert de nauwe banden tussen de Johannieterorde en het Domkapittel van Utrecht in de vroege 16e eeuw. De betaling van een jaarlijkse rente in zilver was een gebruikelijke praktijk om rechten en verplichtingen tussen kerkelijke instellingen te formaliseren. De incorporatie van de kerken betekende dat het klooster van de Johannieterorde voortaan verantwoordelijk was voor het geestelijk en materieel beheer van de parochies in Heemskerk en Hazerswoude, terwijl het Domkapittel in ruil daarvoor een jaarlijkse vergoeding ontving.

Jacques Duivenvoorden - 7 jun 2025 - 16:07

Beeldbank Oud-Zoeterwoude

JOHANNIETERS, OFWEL HEREBOEREN
Als blijk van dankbaarheid voor hetgeschonken patronaatsrecht der kerken van Hazerswoude en Zoeterwoude ontving graaf Willem 111 van de landcommandeur der Johannieters voor zichzelf en zijn opvolgers met hun vrouwen oudste zoon of dochter het recht op gastvrijheid in alle reeds bestaande of nog op te richten commanderijen der Sint-Jansorde in Holland en Zeeland. Het is vooral de Haarlemse commanderij, die de
Hollandse graven vaak als verblijf heeft gediend. Nadat de commandeur der Haarlemse St. Jansheren in 1328 het patronaatsrecht der kerk van Zoeterwoude verkregen had, duurt het bijna zeventig jaar, voordat we op kerkelijk gebied iets over Zoeterwoude vernemen. En wat is het dan
nog? Twee namen, die ons verder niets zeggen. De ene Johannieter, heer Willem Jacobs, neemt in 1396 ontslag als pastoor en de andere, Machelinus Liebaert (1396-1408), volgt hem op. En zo gaat het voort. To en Machelinus Liebaerd in 1408 op zijn beurt ontslag nam, kwam Nicolaas Thomas zijn plaats innemen. Hoe lang deze hier pastoor geweest is, weten we niet. In alle geval vinden we in 1428 reeds een ander , namelijk Dirk van Bomel. Maar ook die bleef niet lang.  In 1439 deed al weer een andere pastoor, Dirk Moer, afstand van zijn bediening, omdat hij pastoor van Hazerswoude gewor den was. Te Zoeterwoude werd nu Simon Nicolaasz van Schoten pastoor, wat hij van dec. 1439 tot zijn dood in 1473 gebleven is. Zoals zijn voorgangers behoorde ook hij tot de Haarlemse St.Jansheren. Op 22 dec.1439 ondertekende hij een schriftelijke verklaring, dat hij zijn parochie naar recht en gebruik zou besturen, aan de commandeur van Haarlem onderdanig zou zijn en het pastoorshuis met de boerderij in goede staat zou bewaren . Wanneer blijkens dit stuk tot de pastoorsprebende behalve een huis ook een hofstede met het nodige land behoorde, dan zal er in 1439 wel wat meer vee geweest zijn dan de ene koe van 1316, waarvoor nog weigeld moest wordèn betaald ook . Zo zien we dus de pastoor van Zoeterwoude in 1439 en waarschijnlijk reeds vele decenien daarvoor een boerderi exploiteren en in Buren, Harmelen, Hazerswoude, Heemskerk, Ingen en Waarder is het volgens de bronnen 8) niet anders geweest, zodat het ons niet verbaast, dat men de Nederlandse Johannieters wel hereboeren heeft genoemd 9).
P.J.A . Juffermans
Sursum Corda , 22 november 1959

8) Post, Kerkelijke verhoudingen p .190, p.349-350.
9) Post, Kerkgeschiedenis van Nederland in de middeleeuwen dl.l,p.220-221.

Jacques Duivenvoorden - 7 jun 2025 - 17:07 (laatst bijgewerkt 7 jun 2025 — 17:11 door auteur)

Het Jansklooster: Stichting en schenkingen
 

Belangrijke schenkingen waren de vier parochies, van Beverwijk, Hazerswoude, Heemskerk en Zoeterwoude. Aanvankelijk had het klooster alleen het jus patronatus van deze parochies. Dit betekende dat het klooster de priesters voor de functie van pastoor mocht voordragen aan de bisschop en de goederen mocht beheren. Later mochten de parochies geïncorporeerd (ingelijfd) worden. Dat betekende dat het Haarlemse klooster behalve het volledige benoemingsrecht ook de goederen in bezit kreeg.


Parochies van het Jansklooster.


Parochie gewijd aan Plaats Jus patronatus Incorporatie


Laurentius Heemskerk 1319 (Willem III) 1529
Maria Magdalena Hazerswoude 1328 1529
St. Jans Onthoofding Zoeterwoude 1328 1507
Agatha Beverwijk 1447 1501

Jacques Duivenvoorden - 7 jun 2025 - 17:17

Naamvarianten en Bronnen (met ChatGPT samengesteld 08-08-2025)

Naamvarianten van Joost Clementsz (†1563): Annotatie, Bronnen en Verwantschappen

Inleiding

Deze geannoteerde lijst documenteert de bekende naamvarianten van Joost Clementsz, priester, vice-pastoor in Oegstgeest, pastoor van Hazerswoude en tevens actief als cureit van Beverwijk, zoals deze voorkomen in de archivalia van de 16e eeuw. Zijn naam verschijnt in verschillende vormen, afhankelijk van het taalgebruik (Latijn of volkstaal) en het type bron (kerkelijk, juridisch of administratief). Ook zijn familiaire context, waaronder zijn verwantschap met de invloedrijke familie Van Schoonhoven, wordt belicht. De lijst biedt onderzoekers een nauwkeurig referentiekader voor transcriptie en interpretatie van historische documenten.

Naamvarianten en Bronnen

1. Joost Clementsz

Context: Standaardvorm gebruikt in moderne genealogische en biografische reconstructies.
Bron: ELO, ORA Leiden, toegang 0508, Inv. Nr. 67C, fol. 39v (16-11-1563).

2. Joest Clemensz

Context: Gebruikt in notariële en eigendomsakten.
Bron: NHA, toegang 2123, Kloosters te Haarlem, Inv. Nr. 263 (rekening 1551).

3. Mr Joost Clementsz

Context: Aanduiding als meester/priester.
Bron: ELO, toegang 0504, Inv. Nr. 457, Cartularium Sint Catharina Gasthuis, Regest 1152, fol. 38v (20-11-1546).

4. Heer Joost Clementsz

Context: Eerbewijs voor geestelijken in akten.
Bron: NHA, toegang 2123, Inv. Nr. 359, Liber Memoriarum, fol. 53v.

5. Joost Clementsz, vice-pastoor tot Oestgeest

Context: Juridische overdracht namens het Sint Catharina Gasthuis.
Bron: ELO, toegang 0504, Inv. Nr. 457, Regest 1153, fol. 70a (20-11-1546).

6. Judocus Clemens de Haga

Context: Latijnse vorm, oorkonde Abdij Rijnsburg.
Bron: Nationaal Archief, toegang 3.18.20, Abdij Rijnsburg, Inv. Nr. 959.2 (20-06-1549).

7. Domino Judoco Clementis de Haga

Context: Latijnse formulering in erfpachtakte.
Bron: NHA, toegang 2123, Inv. Nr. 58 (23-06-1533).

8. Jodocus Clemens de Haga, propastor in Oostgheest

Context: Bevestiging van afkondiging m.b.t. kapelanie.
Bron: Nationaal Archief, toegang 3.18.20, Abdij Rijnsburg, Inv. Nr. 959.2 (20-06-1549).

9. Heer Joost Clemens, pastoor tot Haserswoude

Context: Titel in retroacta bij erfpacht.
Bron: Utrechts Archief, toegang 216, Domkapittel, Inv. Nr. 2461 (29-12-1528).

10. Meester Joest Clemensz

Context: Lijfrente met Sint Catharina Gasthuis.
Bron: ELO, toegang 0504, Inv. Nr. 312, boek van ontfanck en uitgifte, 1546–1550.

11. Joost Clementszoon

Context: Oud-Nederlandse patronymische vorm.
Bron: NHA, toegang 2123, Inv. Nr. 59 (memoriaal, 1558).

12. Heer Ioost Clements zoon

Context: Necrologale stijl.
Bron: NHA, toegang 2123, Inv. Nr. 359, fol. 53v.

13. Jodocus Clemensz, pro pastor Oestgeest

Context: Latijnse vermeldingsvorm.
Bron: Nationaal Archief, toegang 3.18.20, Abdij Rijnsburg, Inv. Nr. 959.2 (1549).

14. Joost Clementsz, cureit van die prochie kerck van Beverwijck

Context: Vroegste vermelding van Joost Clementsz als werkzaam in Beverwijk in 1536. Een belangrijke toevoeging aan zijn loopbaan die duidt op een bredere pastorale betrokkenheid in de regio.
Bron: Archiefreferentie via Gonnet, Bijdragen inzake de parochie Hazerswoude, m.b.t. erfpachtakte 1533.

15. Heer Joest Clementsz Wtenhage

Context: Volledige naamvorm met toponiem, verwijzend naar Joosts herkomst of verblijf.
Bron: NHA, toegang 2123, Inv. Nr. 58, erfpachtakte van 17-06-1533.

Familiecontext en Verwantschappen

In een erfpachtakte van 17-06-1533, uitgegeven door Gabriel Cornelisz van Schoonhoven aan heer Joost Clementsz als pastoor van Hazerswoude, trad Cornelis Anthonisz van Schoonhoven op als curator. Volgens Bijdragen en Mededeelingen Gelre, deel 44, was Gabriel Cornelisz een zoon uit een eerder huwelijk van Cornelis Anthonisz.

Cornelis Anthonisz. van Steensel, ook wel genoemd Van Schoonhoven, betaalt vrijbrieven van het goed "het Onstein" (verdeeld in Groot- en Klein-Onstein) te Vorden, buurtschap Linde, dat hij rond dezelfde tijd had gekocht van Herman (Groot-) en Johan (Klein-) Onstedinck. Daarmee wordt het van horig naar vrij goed. Cornelisz werd in 1549 benoemd tot landrentmeester van Zutphen en in 1550 tot rentmeester van de Zutphense Tol. Van 1568–1570 was hij 's Konings rentmeester van de geconfisqueerde goederen van de graaf van Bergh in het Graafschap Bergh en de Hoogheid Wisch.

Cornelis Anthonisz (overleden vóór 30 januari 1571), was gehuwd met Aluthea (Luytgen) Straatmans Roelofsdr. Zij hadden samen ten minste drie kinderen: Cornelis (+ vóór 1597), Geertruyd en Maria. Geertruyd huwde 1) Johan van Haersolte tot de Leemcule, Drost van Ulft, weduwnaar van Grietje Holthe (+1598), en 2) in 1583 met Andries Manrique. Maria huwde 1) Johan Garbrandsz, als Landrentmeester van 1564–1576 en Rentmeester van Bergh opvolger van zijn schoonvader, en 2) Johan Verwer. Omdat de eigenaars koningsgezind waren, werden goed en inboedel in 1597 in beslag genomen door Arnold en Johan van Wachtendonck van de Staatsgezinde Partij.

Daarnaast blijkt uit een Leuvense studiebeursakte van 1495 dat Mr. Cornelis Anthonisz van Schoonhoven werd aangemerkt als verwant van Mr. Symon Doede van der Sluys, proost en aartsdiaken van Utrecht, die beurzen stichtte aan de Universiteit van Leuven. Deze verwantschap werd onder meer aangehaald in de instructie van 11 januari 1529 aan Cornelis Anthonisz als gezant van de landvoogdes richting Rome (Nationaal Archief, toegang 3.01.02, inventarisnummer 543). Dit bevestigt de humanistische en intellectuele netwerken waaruit Joost Clementsz indirect voortkwam.

Doel en Onderzoekswaarde van deze Lijst

Deze lijst biedt een referentiekader voor onderzoekers bij transcriptie en identificatie van bronnen waarin Joost Clementsz voorkomt. Latijnse naamvormen worden vooral aangetroffen in kerkelijke en juridische documenten, terwijl de volkstalige varianten overheersen in stedelijke en economische context. Elke naamvariant is gekoppeld aan een specifieke bronvermelding voor optimale betrouwbaarheid.ing voor optimale betrouwbaarheid.

Jacques Duivenvoorden - 8 jun 2025 - 17:38 (laatst bijgewerkt 8 jun 2025 — 23:19 door auteur)

Naamvarianten van Joost Clementsz (†1563): Annotatie, Bronnen en Verwantschappen (9 juni 2025)
 

Inleiding
 

Deze geannoteerde lijst documenteert de bekende naamvarianten van Joost Clementsz, priester, vice-pastoor in Oegstgeest, pastoor van Hazerswoude en tevens actief als cureit van Beverwijk, zoals deze voorkomen in de archivalia van de 16e eeuw. Zijn naam verschijnt in verschillende vormen, afhankelijk van het taalgebruik (Latijn of volkstaal) en het type bron (kerkelijk, juridisch of administratief). Ook zijn familiaire context, waaronder zijn verwantschap met de invloedrijke familie Van Schoonhoven, wordt belicht. De lijst biedt onderzoekers een nauwkeurig referentiekader voor transcriptie en interpretatie van historische documenten.


Naamvarianten en Bronnen

Joost Clementsz Context: Standaardvorm gebruikt in moderne genealogische en biografische reconstructies. Bron: ELO, ORA Leiden, toegang 0508, Inv. Nr. 67C, fol. 39v (16-11-1563).

Joest Clemensz Context: Gebruikt in notariële en eigendomsakten. Bron: NHA, toegang 2123, Kloosters te Haarlem, Inv. Nr. 263 (rekening 1551).


Familiecontext en Verwantschappen
In een erfpachtakte van 17-06-1533, uitgegeven door Gabriel Cornelisz van Schoonhoven aan heer Joost Clementsz als pastoor van Hazerswoude, trad Cornelis Anthonisz van Schoonhoven op als curator. Volgens Bijdragen en Mededeelingen Gelre, deel 44, was Gabriel Cornelisz een zoon uit een eerder huwelijk van Cornelis Anthonisz. 

Cornelis Anthonisz. van Steensel, ook wel genoemd Van Schoonhoven, betaalt vrijbrieven van het goed "het Onstein" (verdeeld in Groot- en Klein-Onstein) te Vorden, buurtschap Linde, dat hij rond dezelfde tijd had gekocht van Herman (Groot-) en Johan (Klein-) Onstedinck. Daarmee wordt het van horig naar vrij goed. 

Cornelisz werd in 1549 benoemd tot landrentmeester van Zutphen en in 1550 tot rentmeester van de Zutphense Tol. Van 1568–1570 was hij 's Konings rentmeester van de geconfisqueerde goederen van de graaf van Bergh in het Graafschap Bergh en de Hoogheid Wisch. 

Cornelis Anthonisz (overleden vóór 30 januari 1571), was gehuwd met Aluthea (Luytgen) Straatmans Roelofsdr. 

Zij hadden samen ten minste drie kinderen: Cornelis (+ vóór 1597), Geertruyd en Maria. Geertruyd huwde 1) Johan van Haersolte tot de Leemcule, Drost van Ulft, weduwnaar van Grietje Holthe (+1598), en 2) in 1583 met Andries Manrique. Maria huwde 1) Johan Garbrandsz, als Landrentmeester van 1564–1576 en Rentmeester van Bergh opvolger van zijn schoonvader, en 2) Johan Verwer. 

Omdat de eigenaars koningsgezind waren, werden goed en inboedel in 1597 in beslag genomen door Arnold en Johan van Wachtendonck van de Staatsgezinde Partij. 

Daarnaast blijkt uit een Leuvense studiebeursakte van 1495 dat Mr. Cornelis Anthonisz van Schoonhoven werd aangemerkt als verwant van Mr. Symon Doede van der Sluys, proost en aartsdiaken van Utrecht, die beurzen stichtte aan de Universiteit van Leuven. 

Deze verwantschap werd onder meer aangehaald in de instructie van 11 januari 1529 aan Cornelis Anthonisz als gezant van de landvoogdes Margaretha van Oostenrijk richting Rome (Nationaal Archief, toegang 3.01.02, inventarisnummer 543). 

Dit bevestigt de humanistische en intellectuele netwerken waaruit Joost Clementsz indirect voortkwam.

Jacques Duivenvoorden - 9 jun 2025 - 14:38

Naamvarianten van Joost Clementsz (†1563): Annotatie, Bronnen en Verwantschappen (in samenwerking met ChatGPT)
 

Inleiding


Deze geannoteerde lijst documenteert de bekende naamvarianten van Joost Clementsz, priester, vicepastoor
in Oegstgeest, pastoor van Hazerswoude en tevens actief als cureit van Beverwijk, zoals deze
voorkomen in de archivalia van de 16e eeuw. Zijn naam verschijnt in verschillende vormen, afhankelijk
van het taalgebruik (Latijn of volkstaal) en het type bron (kerkelijk, juridisch of administratief). Ook zijn
familiaire context, waaronder zijn verwantschap met de invloedrijke familie Van Schoonhoven, wordt
belicht. De lijst biedt onderzoekers een nauwkeurig referentiekader voor transcriptie en interpretatie
van historische documenten.
 

Naamvarianten en Bronnen
 

1. Joost Clementsz
Context: Standaardvorm gebruikt in moderne genealogische en biografische reconstructies.
Bron: ELO, ORA Leiden, toegang 0508, Inv. Nr. 67C, fol. 39v (16-11-1563).
 

2. Joest Clemensz
Context: Gebruikt in notariële en eigendomsakten.
Bron: NHA, toegang 2123, Kloosters te Haarlem, Inv. Nr. 263 (rekening 1551).
 

3. Mr Joost Clementsz
Context: Aanduiding als meester/priester.
Bron: ELO, toegang 0504, Inv. Nr. 457, Cartularium Sint Catharina Gasthuis, Regest 1152, fol. 38v
(20-11-1546).
 

4. Heer Joost Clementsz
Context: Eerbewijs voor geestelijken in akten.
Bron: NHA, toegang 2123, Inv. Nr. 359, Liber Memoriarum, fol. 53v.
 

5. Joost Clementsz, vice-pastoor tot Oestgeest
Context: Juridische overdracht namens het Sint Catharina Gasthuis.
Bron: ELO, toegang 0504, Inv. Nr. 457, Regest 1153, fol. 70a (20-11-1546).
 

6. Judocus Clemens de Haga
Context: Latijnse vorm, oorkonde Abdij Rijnsburg.
Bron: Nationaal Archief, toegang 3.18.20, Abdij Rijnsburg, Inv. Nr. 959.2 (20-06-1549).
 

7. Domino Judoco Clementis de Haga
Context: Latijnse formulering in erfpachtakte.
Bron: NHA, toegang 2123, Inv. Nr. 58 (23-06-1533).
 

8. Jodocus Clemens de Haga, propastor in Oostgheest
Context: Bevestiging van afkondiging m.b.t. kapelanie.
Bron: Nationaal Archief, toegang 3.18.20, Abdij Rijnsburg, Inv. Nr. 959.2 (20-06-1549).
 

9. Heer Joost Clemens, pastoor tot Haserswoude
Context: Titel in retroacta bij erfpacht.
Bron: Utrechts Archief, toegang 216, Domkapittel, Inv. Nr. 2461 (29-12-1528).
 

10. Meester Joest Clemensz
Context: Lijfrente met Sint Catharina Gasthuis.
Bron: ELO, toegang 0504, Inv. Nr. 312, boek van ontfanck en uitgifte, 1546–1550.
 

11. Joost Clementszoon
Context: Oud-Nederlandse patronymische vorm.
Bron: NHA, toegang 2123, Inv. Nr. 59 (memoriaal, 1558).
 

12. Heer Ioost Clements zoon
Context: Necrologale stijl.
Bron: NHA, toegang 2123, Inv. Nr. 359, fol. 53v.
 

13. Jodocus Clemensz, pro pastor Oestgeest
Context: Latijnse vermeldingsvorm.
Bron: Nationaal Archief, toegang 3.18.20, Abdij Rijnsburg, Inv. Nr. 959.2 (1549).
 

14. Joost Clementsz, cureit van die prochie kerck van Beverwijck
Context: Vroegste vermelding van Joost Clementsz als werkzaam in Beverwijk in 1536. Een belangrijke
toevoeging aan zijn loopbaan die duidt op een bredere pastorale betrokkenheid in de regio.
Bron: Archiefreferentie via Gonnet, Bijdragen inzake de parochie Hazerswoude, m.b.t. erfpachtakte 1533.
 

15. Heer Joest Clementsz Wtenhage
Context: Volledige naamvorm met toponiem, verwijzend naar Joosts herkomst of verblijf.
Bron: NHA, toegang 2123, Inv. Nr. 58, erfpachtakte van 17-06-1533.
Familiecontext en Verwantschappen
 

In een erfpachtakte van 17-06-1533, uitgegeven door Gabriel Cornelisz van Schoonhoven aan heer Joost
Clementsz als pastoor van Hazerswoude, trad Cornelis Anthonisz van Schoonhoven op als curator.
 

Volgens Bijdragen en Mededeelingen Gelre, deel 44, was Gabriel Cornelisz een zoon uit een eerder
huwelijk van Cornelis Anthonisz.
 

Cornelis Anthonisz. van Steensel, ook wel genoemd Van Schoonhoven, betaalt vrijbrieven van het goed
"het Onstein" (verdeeld in Groot- en Klein-Onstein) te Vorden, buurtschap Linde, dat hij rond dezelfde
tijd had gekocht van Herman (Groot-) en Johan (Klein-) Onstedinck. Daarmee wordt het van horig naar
vrij goed. Cornelisz werd in 1549 benoemd tot landrentmeester van Zutphen en in 1550 tot rentmeester
van de Zutphense Tol. Van 1568–1570 was hij 's Konings rentmeester van de geconfisqueerde goederen
van de graaf van Bergh in het Graafschap Bergh en de Hoogheid Wisch.
 

Cornelis Anthonisz (overleden vóór 30 januari 1571), was gehuwd met Aluthea (Luytgen) Straatmans
Roelofsdr. Zij hadden samen ten minste drie kinderen: Cornelis (+ vóór 1597), Geertruyd en Maria.
Geertruyd huwde 1) Johan van Haersolte tot de Leemcule, Drost van Ulft, weduwnaar van Grietje Holthe
(+1598), en 2) in 1583 met Andries Manrique. Maria huwde 1) Johan Garbrandsz, als Landrentmeester
van 1564–1576 en Rentmeester van Bergh opvolger van zijn schoonvader, en 2) Johan Verwer. Omdat de
eigenaars koningsgezind waren, werden goed en inboedel in 1597 in beslag genomen door Arnold en
Johan van Wachtendonck van de Staatsgezinde Partij.
 

Daarnaast blijkt uit een Leuvense studiebeursakte van 1495 dat Mr. Cornelis Anthonisz van
Schoonhoven werd aangemerkt als verwant van Mr. Symon Doede van der Sluys, proost en aartsdiaken
van Utrecht, die beurzen stichtte aan de Universiteit van Leuven. Deze verwantschap werd onder meer
aangehaald in de instructie van 11 januari 1529 aan Cornelis Anthonisz als gezant van de landvoogdes
Margaretha van Oostenrijk richting Rome (Nationaal Archief, toegang 3.01.02, inventarisnummer 543).
 

Dit bevestigt de humanistische en intellectuele netwerken waaruit Joost Clementsz indirect voortkwam.
 

Een extra bron bevestigt zijn rol als ambtman of rentmeester van de Proostdij te Zutphen, waarbij op 26
juli 1551 zijn zegel in groene was werd gehecht aan een akte betreffende een tijns.
Bron: Gelders Archief, toegang 0481, Familie Van Rhemen, inventarisnummer 202.
 

Ook is er een brief van Cornelis Anthonisz bewaard gebleven: een concept-brief aan het Hof betreffende
een proces tussen Geryt van Weynckhem en Johan Troest inzake het tijnsgoed Bonynck te Bathmen.
Bron: Regionaal Archief Zutphen, archief 0001, Oud-archief van de stad Zutphen (1206–1815),
inventarisnummer 2560.
 

Doel en Onderzoekswaarde van deze Lijst
Deze lijst biedt een referentiekader voor onderzoekers bij transcriptie en identificatie van bronnen
waarin Joost Clementsz voorkomt. Latijnse naamvormen worden vooral aangetroffen in kerkelijke en
juridische documenten, terwijl de volkstalige varianten overheersen in stedelijke en economische
context. Elke naamvariant is gekoppeld aan een specifieke bronvermelding voor optimale
betrouwbaarheid.

Jacques Duivenvoorden - 9 jun 2025 - 21:34

Naamvarianten van Joost Clementsz (†1563): Annotatie, Bronnen en Verwantschappen (versie 11 juni 2024)

Inleiding

Deze geannoteerde lijst documenteert de bekende naamvarianten van Joost Clementsz, priester, vice-pastoor in Oegstgeest, pastoor van Hazerswoude en tevens actief als cureit van Beverwijk, zoals deze voorkomen in de archivalia van de 16e eeuw. Zijn naam verschijnt in verschillende vormen, afhankelijk van het taalgebruik (Latijn of volkstaal) en het type bron (kerkelijk, juridisch of administratief). Ook zijn familiaire context, waaronder zijn verwantschap met de invloedrijke familie Van Schoonhoven, wordt belicht. De lijst biedt onderzoekers een nauwkeurig referentiekader voor transcriptie en interpretatie van historische documenten.

Naamvarianten en Bronnen

1. Joost Clementsz
Context: Standaardvorm gebruikt in moderne genealogische en biografische reconstructies.
Bron: ELO, ORA Leiden, toegang 0508, Inv. Nr. 67C, fol. 39v (16-11-1563)

2. Joest Clemensz
Context: Gebruikt in notariële en eigendomsakten.
Bron: NHA, toegang 2123, Kloosters te Haarlem, Inv. Nr. 263 (rekening 1551)

3. Mr Joost Clementsz
Context: Aanduiding als meester/priester.
Bron: ELO, toegang 0504, Inv. Nr. 457, Cartularium Sint Catharina Gasthuis, Regest 1152, fol. 38v (20-11-1546)

4. Heer Joost Clementsz
Context: Eerbewijs voor geestelijken in akten.
Bron: NHA, toegang 2123, Inv. Nr. 359, Liber Memoriarum, fol. 53v

5. Joost Clementsz, vice-pastoor tot Oestgeest
Context: Juridische overdracht namens het Sint Catharina Gasthuis.
Bron: ELO, toegang 0504, Inv. Nr. 457, Regest 1153, fol. 70a (20-11-1546)

6. Judocus Clemens de Haga
Context: Latijnse vorm, oorkonde Abdij Rijnsburg.
Bron: Nationaal Archief, toegang 3.18.20, Abdij Rijnsburg, Inv. Nr. 959.2 (20-06-1549)

7. Domino Judoco Clementis de Haga
Context: Latijnse formulering in erfpachtakte.
Bron: NHA, toegang 2123, Inv. Nr. 58 (23-06-1533)

8. Jodocus Clemens de Haga, propastor in Oostgheest
Context: Bevestiging van afkondiging m.b.t. kapelanie.
Bron: Nationaal Archief, toegang 3.18.20, Abdij Rijnsburg, Inv. Nr. 959.2 (20-06-1549)

9. Heer Joost Clemens, pastoor tot Haserswoude
Context: Titel in retroacta bij erfpacht.
Bron: Utrechts Archief, toegang 216, Domkapittel, Inv. Nr. 2461 (29-12-1528)

10. Meester Joest Clemensz
Context: Lijfrente met Sint Catharina Gasthuis.
Bron: ELO, toegang 0504, Inv. Nr. 312, boek van ontfanck en uitgifte, 1546–1550

11. Joost Clementszoon
Context: Oud-Nederlandse patronymische vorm.
Bron: NHA, toegang 2123, Inv. Nr. 59 (memoriaal, 1558)

12. Heer Ioost Clements zoon
Context: Necrologale stijl.
Bron: NHA, toegang 2123, Inv. Nr. 359, fol. 53v

13. Jodocus Clemensz, pro pastor Oestgeest
Context: Latijnse vermeldingsvorm.
Bron: Nationaal Archief, toegang 3.18.20, Abdij Rijnsburg, Inv. Nr. 959.2 (1549)

14. Joost Clementsz, cureit van die prochie kerck van Beverwijck
Context: Vroegste vermelding van Joost Clementsz als werkzaam in Beverwijk in 1536. Een belangrijke toevoeging aan zijn loopbaan die duidt op een bredere pastorale betrokkenheid in de regio.
Bron: Archiefreferentie via Gonnet, Bijdragen inzake de parochie Hazerswoude, m.b.t. erfpachtakte 1533

15. Heer Joest Clementsz Wtenhage
Context: Volledige naamvorm met toponiem, verwijzend naar Joosts herkomst of verblijf.
Bron: NHA, toegang 2123, Inv. Nr. 58, erfpachtakte van 17-06-1533

Uitgebreide Genealogische Context van Joost Clementsz

Joost Clementsz was een zoon van Jan Clementsz, die tussen 1484 en 1519 als eigenaar van onroerend goed voorkomt in Den Haag, onder meer in de Papestraat. Jan Clementsz is overleden vóór 19 mei 1523. Zijn testament wordt op die datum genoemd in het archief van het Nicolaas Gasthuis in Den Haag (GA Den Haag, toegang 0306-01, inv.nr. 19, fol. 161v). Hij was gehuwd met een onbekende vrouw.

Jan Clementsz was tevens eigenaar van een boerderij in Haagambacht en een in Eikenduinen.

Kinderen uit dit huwelijk:
1. Joost Clementsz, priester te Leiden (deze biografie);
2. Jan Jan Clementsz, bontwerker in 's-Gravenhage, geboren ca. 1493 (op 11-02-1542 oud 49 jaar), overleden en begraven in de Grote of Sint Jacobskerk op 29-11-1561. Hij was lid van de vroedschap (meerdere termijnen tussen 1547–1561), schepen, gasthuismeester, regent van het Leprooshuis en hoofdman van het Sacramentsgasthuis. Bronnen: KB, Aanteekeningen uit de rentmeestersrekeningen der Groote of St. Jacobs-kerk te 's-Gravenhage (1557-1567), blz. 66; Van Kan, Haagse Elite tot 1572.
3. Maritgen Jan Clementsdr, overleden vóór 1561; haar erfgenamen worden vermeld in de kohieren van de 10e penning van 1557 en 1561 van Eikenduinen.


 

Jacques Duivenvoorden - 11 jun 2025 - 10:22


Joost Clementsz (†1563): Een biografische reconstructie

INLEIDING

Deze publicatie beoogt een volledige reconstructie van het leven en de familiecontext van Joost Clementsz, priester te Leiden, vice-pastoor in Oegstgeest, pastoor te Hazerswoude, en actief als cureit in Beverwijk. De reconstructie is gebaseerd op archivalische bronnen uit Leiden, Den Haag, Utrecht, Haarlem en Zutphen. Tevens is de verwantschap van Joost Clementsz met de familie Van Schoonhoven onderzocht, evenals zijn betrokkenheid bij de commanderij van Sint Jan te Haarlem en zijn bestuurlijke relaties met Cornelis Anthonisz van Schoonhoven.


HOOFDSTUK I – IDENTITEIT EN NAAMVARIANTEN

Joost Clementsz komt in verschillende bronnen voor onder uiteenlopende naamvormen. Een overzicht van deze varianten is geannoteerd met bronvermeldingen.

Voorbeelden van naamvarianten:

Joost Clementsz (ORA Leiden, 1563)

Jodocus Clemens de Haga (Abdij Rijnsburg, 1549)

Joost Clemens, pastoor tot Haserswoude (Domkapittel Utrecht, 1528)

Heer Joost Clemensz Wtenhage (Haarlem, 1533)

Joost Clementsz, cureit van de parochie Beverwijk (Gonnet)

Zie apart hoofdstuk 'Naamvarianten'.


HOOFDSTUK II – GEESTELIJKE LOOPBAAN

Joost Clementsz was actief als:

Vice-pastoor in Oegstgeest

Pastoor van Hazerswoude (ten minste 1528–1549)

Cureit te Beverwijk (vermeld 1536)

Hij was verbonden aan de kapelanij van Hazerswoude die in 1528 werd geïncorporeerd in de Commanderij van Sint Jan te Haarlem (UA, Domkapittel 2461).


HOOFDSTUK III – VERWANTSCHAPPEN EN AFKOMST

Joost Clementsz was zoon van Jan Clementsz, vermeld in transportakten van huizen te Den Haag tussen 1484 en 1519. Jan Clementsz is overleden vóór 1523. Kinderen van Jan Clementsz:

Joost Clementsz (priester, deze biografie)

Jan Jan Clementsz, bontwerker, lid van de vroedschap, schepen, regent en gasthuismeester in Den Haag, begraven 29-11-1561

Maritgen Jan Clementsdr, overleden vóór 1561, erfgenamen bekend uit kohieren Eikenduinen


HOOFDSTUK IV – FINANCIËLE EN KAPITALE TRANSACTIES

Joost Clementsz ontvangt tussen 1544 en 1549 betalingen in geld en natura (graan, erwten, cappoenen) van het Sint Jansconvent te Haarlem (NHA, toegang 2123). In 1546 ontvangt hij lijfrente van het Sint Catharina Gasthuis te Leiden (ELO 0504).


 

HOOFDSTUK V – RELATIE TOT DE FAMILIE VAN SCHOONHOVEN

Cornelis Anthonisz van Schoonhoven (ook Cornelis van Steensel genoemd), was rentmeester en hofrichter van Zutphen en werkte o.a. voor de landvoogdes Margaretha van Oostenrijk (NA, toegang 3.01.02, inv.nr. 543). In 1533 treedt hij op als curator bij een erfpachtakte van Gabriel Cornelisz van Schoonhoven aan Joost Clementsz. Gabriel Cornelisz was vermoedelijk een zoon van Cornelis Anthonisz uit een eerder huwelijk.


HOOFDSTUK VI – LOCATIES EN BEZITTINGEN

Joost Clementsz woonde aan de Pieterskerkgracht te Leiden en bezat een aandeel in goederen in Hazerswoude. Zijn familie bezat boerderijen in Voorburg, Haagambacht en Eikenduinen.


HOOFDSTUK VII – BRONNEN EN ARCHIVALIA

Nationaal Archief, toegang 3.01.02, 3.18.20

Utrechts Archief, toegang 216

Erfgoed Leiden en Omstreken, toegang 0504, 0508

Noord-Hollands Archief, toegang 2123

Gemeentearchief Den Haag, toegang 0306-01

Regionaal Archief Zutphen, NL-ZuRAZ-0001

KB, Wildeman, Aanteekeningen St. Jacobs-kerk

Van Kan, Haagse Elite tot 1572


SLOTBESCHOUWING

Deze biografie toont Joost Clementsz als een invloedrijk en bemiddeld geestelijke met connecties in diverse religieuze en bestuurlijke netwerken. Zijn nalatenschap leeft voort in een rijk palet van bronnen die het 16e-eeuwse clericale landschap weerspiegelen.


Bijlagen

Annotatielijst naamvarianten (zie apart document)

Kaartmateriaal (bijlage mogelijk via upload)

Zegels (zie Zutphen 1551, Gelders Archief)

Samensteller: Jacques Duivenvoorden Versie: juni 2025

Jacques Duivenvoorden - 13 jun 2025 - 20:25







Plaats een reactie

Om reacties (en nieuwe onderwerpen) te plaatsen op het Stamboom Forum dient u eerst in te loggen! Nog geen lid? Registratie is gratis en snel!


Inloggen Registreer nu