LS,
Ik hoop dat iemand mij kan helpen aan meer duidelijkheid over deze vermelding. Het gaat om het overlijden van David Kennedy in Rotterdam in 1723. Ik zie en weet dat het om een ongetrouwde man / JM gaat (die overigens al op leeftijd was). Wat staat er achter JM? Wat betekent "in de baan bij de Buitenwegsepoort"? Is dat de "vindplaats" van deze man? Of woont/werkt hij daar? Saillant detail is dat er een welgestelde David Kennedij op datzelfde moment in Rotterdam is overleden die onder behandeling was bij de bekende dokter Herman Boerhaave. Ik kan me eigenlijk niet voorstellen dat er twee David Kennedys in 1723 in Rotterdam zijn overleden maar ik houd alle opties open.
Bij voorbaat dank voor uw hulp.
Met vriendelijke groet,
Ronald Kennedij (overigens geen afstammeling van deze David :)
hier vreemt. Heb je ook een link waar deze registratie digitaal te vinden is?
M.i. staat er "Binnewegse poort"- zie daarvoor: "Google".
Overledene |
Davit Kennedij |
|
Plaats |
Rotterdam |
Datum begraven |
05-08-1723 |
|
Opmerkingen |
overledene was een jongeman en een vreemdeling; Baan b.d. Binnewegse Poort; Franse kerk. |
|
Bron |
DTB Rotterdam Begraven |
Hier https://www.stamboomnederland.nl/etalage/Martine_Zoeteman_Album_studiosorum_universiteit_Leiden_1575_1812_77845_i_l/index.html wordt een David Kennedij genoemd die in 1682 geboren zou zijn. En een die 1678 geboren zou zijn.
Hier is nog een versie uit Gaarder; boek 1
En nog een uit Waalse Gemeente; boek 133/137
Hartelijk dank allen voor deze waardevolle reacties. "Hier vreemt" verklaart de omschrijving gegegeven op De Digitale stamboom "vreemdeling". Alles wijst er op dat er 1 David Kennedy begin augustus 1723 in Rotterdam is overleden. Dit zou dan gaan om David Kennedy geboren in Schotland in 1675. Hij is de zoon van Sir Thomas Kennedy en Agnes Halden. Het boek "The Seven Sons of the Provost" is gebaseerd op de correspondentie van deze prominente (Jacobijnse) familie met nauwe banden met Nederland. Sir Thomas is de provost uit de titel, David Kennedy een van de "seven sons" (er waren er meer en ook "daughters" maar dat terzijde :).
In een brief gedateerd 3 augustus 1723 brengt een bevriend koopman genaamd William Stevenson vanuit Rotterdam het slechte nieuws: "Mr David died this morning about ten a Cloack, of a swelling in his belly and violent Hickop." Daar hebben we ook gelijk de doodsoorzaak...
Stevenson meldt aan het thuisfront dat een team artsen aan David's zijde heeft gestaan en dat tevergeefs per expres de hulp is ingeschakeld van de beroemde "professor Boerhaaven" in Leiden. De vraag is wat daar van klopt als David "in de baan bij de Binnewegsepoort" is overleden?
Ik heb geen bewijs gevonden dat er begin augustus 1723 een andere JM genaamd David Kennedy is overleden in Rotterdam (David was ongehuwd en dus een JM). Het lijkt ook zeer onwaarschijnlijk.
In een brief dat is opgenomen in het boek "Seven Sons" laat zijn broer Francis weten "overwhelmed by grief and affliction" te zijn na het overlijden van David, die hij een "vriend" noemt. Francis schrijft namelijk onder een pseudoniem vanuit Rome waar hij aan het hof van de verbannen Stuarts werkt (ook David was een fervent Jacobijn). Een zus van David komt ook aan het woord in "The Seven Sons": "I long very much to know how my dear brother got to the end of his journy".
Voor mij is dat kleine regeltje in het register daarom zo interessant. Door de vermelding "in de baan bij de Binnewegsepoort" kreeg ik aanvankelijk de indruk te maken te hebben met een haveloze vreemdeling. De links die Frank heeft gestuurd wijzen ook op een goedkope graflegging in een "cave commune". Dit is opvallend omdat David Kennedy uit zo'n prominente familie komt (zijn oudste broer was rechter en parlementslid die in Utrecht had gestudeerd).
Dus nogmaals mijn hartelijk dank voor het ontrafelen van een deel van dit mysterie :)