In een boedelbeschrijving uit 16-1-1731 n.a.v. het overlijden van Cornelis Thijs Bakker uit Oosterblokker,
komt een stukje tekst voor waar gesproken wordt over geleverde verkens, en er worden o.a. een symbool gebruikt
voor waarschijnlijk het gewicht. Zou het een in elkaar verstrengelde 'p' en 'd' kunnen zijn (van 'pond')?
Enige suggestie welke munteenheid wordt genoemd in de regel boven die met de 'duijten'?
En wat staat er dan na de 200 (pond?) kaas? 9 glad?

Mogelijk staat er geen "pd", maar "lb", een afkorting van "libra" wat Latijn voor pond is. Zie ook de nu nog gebruikelijke afkorting voor ponden in Engeland.

Bij de kaas staat waarschijnlijk "gld", dus gulden. van de andere munteenheid kan ik niks maken.

Bij de kaas kan ook "gl. d" staan, dus "a 9 gulden de 100 pond (?)"

En de eerste munt is misschien "str", dus stuiver? 1 stuiver is 8 duit, dus dit komt neer op 16 duit.

Staat er nog ergens een totaalbedrag? Dan zou je kunnen narekenen of deze aannames kloppen.

Het tweede varken is 200 pond voor 2 stuiver per pond, dus 400 stuiver = 20 gulden.

Het derde varken is 180 pond voor 13,5 duit per pond, dus 2430 duit = 303 stuiver en 6 duit = 15 gulden, 3 stuiver en 6 duit (15 - 3 - 6)

Het vierde varken is 235 pond voor 13 duit per pond, dus 3055 duit = 381 stuiver en 7 duit = 19 gulden, 1 stuiver en 7 duit (19 - 1 - 7)

De kaas is 200 pond voor 9 gulden per 10 pond, dus 18 gulden.

Het totaal is 72 gulden, 5 stuiver en 5 duit (72 - 5 - 5).

En dan nog het eerste varken van 16 gulden en 1 stuiver.

Bedankt voor de snelle info, Frank!