In het register van overlijdens in het caeciliagasthuis in leiden kom ij de volgende uitdrukking tegen:

4 december 1807 overleden Corn le C “op de week besteed”. Geen idee wat met deze uitdrukking bedoeld wordt. Kan iemand me daarbij helpen?

Staat Corn bij dit overlijden in 1807 voor Cornelia? Dan zou op de week besteed kunnen zijn als bij: weekmeisje, dienstmeisje dat bij de week gehuurd wordt. Bron: Het instituut voor de Nederlandse taal ( https://gtb.ivdnt.org ).

Of uitbesteed als weeskind per week?

Het is meer dan 200 jaar geleden, dus de volledige naam kan gerust vermeld worden.
Dan hoeven de forumleden ook niet te gaan zitten gissen of het om een man of een vrouw gaat.
Verder is het merendeel van de personen op die lijst "bij de week besteed".
Dat is ook bijzonder nuttig om te weten.

Zie https://www.erfgoedleiden.nl/collecties/archieven/archievenoverzicht/scans/NL-LdnRAL-0504/1.2.1.24/start/160/limit/10/highlight/7

Het is overigens de Clercq en 7 december

 

Het is een overlijdensregister van een gasthuis, dus zal het betekenen dat de patiënt voor een week werd uitbesteed (opgenomen) in dat gasthuis. 

Ik kan de juiste woorden even ""niet vinden"", maar is het niet zoiets als:

Tussen overleden en begraven binnen een bepaalde tijd (de week) ""werkzaamheden"" uitgevoerd

Het opbaren, begravenis regelen e.d.

?

Annemarie,

het ging in ieder geval niet om een (wees-)kind:
https://www.genealogieonline.nl/genealogie-klein-haneveld-le-clercq/I1542.php
 

@Jan Clavaux Nee dat had ik inmiddels begrepen Jan. 

Ter aanvulling van en/of reactie op Annemarie57 en Herman Standaardiseren Logica:

1. "Het Caeciliagasthuis was [..] eigenlijk het eerste academische ziekenhuis van Leiden" (bron erfgoedleiden.nl).
2. Een week tijd tussen overlijden en begraven van iemand zonder welstand lijkt mij niet aan de orde.
3. Overigens kent de dikke Van Dale (14e herziene uitgave, 2005) bestedeling als lemma; iem. die op kosten van de gemeente of van de een of andere instelling van liefdadigheid ergens in de kost besteed is.

Om uitdrukkingen in registers te begrijpen, volstaat het vaak om naar het begin terug te bladeren.
Daar wordt de uitdrukking "bij de week" gebezigd.

Het register heet: Register van de Proveniers, Kostkoopers in de Zaalen en Commensaalen bij de Week

Proveniers en kostkopers betaalden hun verblijf zelf. Het woord zegt het al.
Commensalen bij de week werden kennelijk betaald door de diaconie of een andere vorm van armenzorg,
en die werkten om praktische redenen altijd met wekelijkse uitkeringen, net als met de verstrekking van brood of turf.

Lijkt me duidelijk Jan.

Lijkt mij ook, Annemarie.;)
Hopelijk begrijpt de vraagsteller nu iets meer over het levenseinde van Corn le C

Dank voor alle reacties. Het lijkt me  nu wel duidelijk: Cornelis is 7 december 1807 overleden, (en overigens 11 december in Leiderdorp begraven, waar zijn vrouw een maand eerder begraven was; ze woonden in de Donkersteeg in Leiden). Hoelang hij in het gasthuis verbleef weet ik niet, maar ik maakt uit de gewaardeerde reacties op, dat hij denkelijk wekelijks betaalde (er was wel enig bezit in de familie).

De naam is overigens wel  "le Clercq", in het overlijdensbericht met een hoofdletter L geschreven