Een van mijn voorouders was "vuurwerker" van beroep. Ik heb wat rondgegoogeld maar vind daar geen goede verklaring van. Kan het iets met vuur van de smid te maken hebben of met een millitaire functie? Of was het een persoon die een vuurwerk voorbereide...?
groet,
Han
J.B. Glasbergen schrijft hierover in de beroepsnamenboek op pagina 524
Vuurwerker 17 (Zwolle) a. vuurwerkmaker; b. stoker; c (onder)officier bij de artillerie meester-konstabel / Dewyl aan de aanstellinge van beqwuaame en kundige Personen tot Bombadiers ....mitsgaders tot de eerste trap van Onderlieutenant of extraordinaris Meester Vuurwerker, ten hoogsten geleegen is....1735>2a
Vuurwerker 19 (N.H.), smid
Vuurwerkmaker 17 (Amsterdam), kunstenaar op het gebied van vuurwerk.>4b
Gr.
Everardus
Wolters Verklarend Woordenboek der Nederlandsche Taal uit 1911 geeft het volgende lemma:
Vuurwerker (smid, die den voorhamer hanteert en het gloeiend ijzer vasthoudt, ook vuurwerkmaker)
Hallo Han,
De beroepsnaam vuurwerker is overgenomen van de duitse beroepsnaam feuerwerker, welke al in de 14e eeuw is vastgelegd. (zie: das feuerwerkbuch)
Men moet deze naam plaatsen in het tijdsbeeld. Een hele interesant beroep en in de juiste archieven zal er nog zeker wat te herleiden zijn. Van oudsther was er geen scheiding tussen de ernst- en lust- vuurwerker zoals deze tegenwoordig gebruikt wordt. Nu is de militaire vuurwerker de huidige munitietechnieker en zijn burgercollega heeft nog steeds de naam vuurwerker. De Vuurwerker die zich specialiseert in professioneel vuurwerk neemt tegenwoordig de naam pyrotechnieker. Al is in Duitsland de feuerwerker nog de gangbare vakmans naam.