Mijn vrouwelijk voorouder […] was ook in de derde graad getrouwd.
Dat klinkt alsof u ergens een vermelding van die verwantschap bent tegengekomen, klopt dat? De als antwoord op uw vraag uitgelegde tellingen gelden voor het huidige (Nederlands en Belgisch) burgerlijk recht. Zeker in het wat verdere verleden kunt u ook het canoniek recht tegenkomen (zoals onder andere gebruikt door de rooms-katholieke kerk), en daar wordt anders geteld.
Het burgerlijk recht telt van verwant A het aantal personen terug tot de meest recente gezamenlijke voorouder, en dan weer 'vooruit' naar verwant B. (Zo hebt u ook geen schema meer nodig: van uw vrouwelijke voorouder telt u terug naar 1. haar vader of moeder, 2. haar grootouder(s), en dan weer vooruit in de tijd naar 3. haar oom of 4. haar neef.) Het canonieke recht telt alleen terug tot de gezamenlijke voorouder. ‘In de derde graad’ kan dan dus bijvoorbeeld een achterneef zijn; je telt alleen terug tot de overgrootouders. In het burgerlijk recht zou dit de vijfde (neef van ouder) of zesde (kind van neef/nicht van ouder) graad zijn.