In een huwelijksakte zie ik "vallaatsmeester" als beroep van de bruidegom. Had er nog niet eerder van gehoord, en als samengesteld woord kan ik geen onomwonden antwoord vinden. Wel lees ik, dat vallaat een met name in Friesland gebruikt woord voor een kleine schutsluis is.

Of heeft het nog een andere betekenis? De bruidegom in kwestie was voorheen schipper, dus enige link met het water is er wel.

Inderdaad: sluiswachter

"Op de door hem gekochte kavel bouwde Gerrit Arends Arends ’t Veloatje ....een huisje dicht bij het vallaat, zodat de bewoner dat vallaat kon bedienen en hij de sluisgelden kon verwerven...."

zie: Historie Swinderenweg nr. 20 (oldijk.nl)

Wat een buitengewoon boeiend verhaal over het huis en de geschiedenis van die omgeving.

Mvg, Hans Bouma

Het Beroepsnamenboek van J.B.Glasbergen (Beroepsaanduidingen voor 1900 in Nederland en België), L.J. Veen / Taalfonds, Geeft onder 'vallaat': var. verlaat-. (var. = spellingsvariant van)

Onder 'verlaatmeester' is de verklaring vervolgens: 19 [Gr.], sluiswachter (vindplaats Groningen in de 19e eeuw)

Han van Elk

Dank, allen :)