Afgelopen dagen heb ik als een moderne schriftgeleerde onderstaande tekst uit de Die Goude uitgave Duizend jaar Gouda talrijke kere gelezen, herlezen, etc. Staat er wel wat er staat?
NIEUWE TIJD – BEVOLK ING (1572-1795)
Hoofdstuk 9 - Leven in de schaduw van de dood
Sterfte – blz. 302/303
“…Het sterftebeeld tussen 1575 en 1680 wisselt sterk. Vier zware pestepidemieën zijn daarvoor verantwoordelijk. In de jaren 1574, 1625, 1636 en 1673 lag het sterftecijfer vele malen hoger dan normaal.
Het zwaarst werd Gouda in 1673 getroffen toen 2.995 mensen stierven: 20 % van de bevolking. Het is moeilijk zich een voorstelling te vormen van de maatschappelijke ontwrichting die dergelijke demografische rampen tot gevolg hadden.
Over de situatie in 1574 zijn wij enigszins geïnformeerd dankzij het dagboek van de naar Amsterdam gevluchte prior van Stein Wouter Jacobsz. Dagelijks stierven in dat jaar mensen aan de pest, ‘soewel rijck als arm, jonck, out, geestelick ende waerlick sonder eenich onderscheyt’. De doden werden met karren naar de kerk gebracht om daar te worden begraven. Maar al spoedig waren de kerk en het kerkhof zo vol, dat naar de begraafplaats van het Margarethaconvent moest worden uitgeweken. 28
Dankzij een bewaard gebleven memoriaal van het Pesthuis, een register van inkomsten en uitgaven van het Catharina Gasthuis, en de begraafboeken van de Sint-Janskerk, is de omvang en het verloop van de pestepidemieën van 1625 en 1636 bekend. In beide jaren woedde de pest het hevigst in de maanden augustus, september en oktober. De aanzet tot de pestepidemie van 1636 werd in het najaar van 1635 gegeven. Van de 216 patiënten die in 1635 in het Pesthuis werden opgenomen, stierven er 118, dat is 54,6%. Dit hoge sterftepercentage maakt het waarschijnlijk dat het de builenpest is geweest. De pest eiste dat jaar zijn hoogste tol onder de jongeren tot twintig jaar. 29
De epidemie van 1673 woedde het hevigst in de eerste helft van dat jaar. Ook al waren deze pestjaren rampzalig, hun aantal is beduidend minder dan tot nu toe werd aangenomen. Noordegraaf en Valk tellen in de onderhavige periode maar liefst 21 pestjaren, waarbij 1673 opmerkelijk genoeg niet vermeld wordt. 30
Zij hebben zich bij hun onderzoek vooral gebaseerd op de resoluties die het stadsbestuur bij een naderende pestepidemie uitvaardigde. In de meeste gevallen ging ‘de gave Gods’, zo blijkt nu, aan de stad voorbij of eiste zij uiteindelijk weinig slachtoffers.
Vanaf 1680 is het sterftebeeld stabieler….”
Noten:
Boeken:
Martin Jongkoen - 11 feb 2018 - 14:03
Om reacties (en nieuwe onderwerpen) te plaatsen op het Stamboom Forum dient u eerst in te loggen! Nog geen lid? Registratie is gratis en snel!
Bedankt, uw melding is verstuurd aan de moderators.