stamboomforum

Forum logoLeeshulp, transcriptie, vertaling, betekenis » betekenis 'uiterlijk werk' opgelost



Profiel afbeelding

Op 29 mei 1577 krijgt Floris Jansz een boete van 10 pond van de baljuw "wegens uiterlijk werk onder de predicatie". Ik denk dat ik dit moet lezen als werken op zondag maar wat is 'uiterlijk werk'? En moet ik 'predicatie' letterlijk nemen (dus tijdens de kerkdienst?)

Hans P. Noppen - 3 jul 2019 - 18:13

Mogelijk slaat uiterlijk werk op alle activiteiten die je af kunnen houden van een geestelijke ontwikkeling. Inderdaad zal het hier gaan om werk tegen vergoeding in plaats van kerkbezoek ( blijkbaar werd dat verwacht in die gemeenschap).
In onderstaand voorbeeld komt dat ook naar voren met info over aflaten die steeds belangrijker werden.

http://www.kamperalmanak.nl/downloads/almanak1986/kamper_almanak_1986_03_armenzorg_in_kampen.pdf

"Overeenkomstig de vanaf de 13e eeuw door verschillende concilies geformuleerde leer ten aanzien van de zondevergeving verkondigde de middeleeuwse kerk de gelovigen dat de ziel van een overledene geen toe gang tot de hemel kon verkrijgen alvorens deze was gelouterd, gereinigd van nog niet gedelgde zonden. Hoewel in de officiele kerkelijke leer nergens over een louteringsvuur wordt gesproken, won de leer van het vagevuur door het optreden van boetepredikers en bedelmonniken allengs veld en werd voor menigeen tot een bron van angst voor de dag des oordeels. Mede deze angst deed vele gelovigen zoeken naar wegen om zich tegen de verschrikkingen van het vagevuur te beschermen. In dit licht bezien is het niet verwonderlijk dat de aflaat, die door Nolet en Boeren wordt gedefinieerd als: "een door de rechtmatige kerkelijke overheid uit de kerkschatkrachtens de kerkelijke jurisdictie buiten het sacrament der poenitentia, om een redelijke grond, verleende vermindering van straf, die na de vergeving der zonden nog overblijft en die moet worden geboet in deze wereld of in het toekomstig leven" ,143een steeds belangrijkerplaats inneemt.Doch aflaten vormenniet de enigemogelijkheidom het verblijfin het vagevuurte bekorten of te voorkomen. De Franciscaner Observant Johannes Brugman stelt: "Het is Onsen Lieven Heren also ghenaemdat men bidt over die sielen die in 't veghevuer sin, alsof men Hem te hulpe ghecomen hadde, doe die Here an der galghen des cruces in sijne meester noet, ende hadde sijn heilighewonden besalvet mit sachter salve" .144Volgens Post bestond er een volkse opvatting dat door iedere heiligemis een zondaar bekeerd; dat de ziel van de overledene, voor wie onder de mis werd gebeden, gedurende dietijd van pijnenbevrijdwas.!" Lieden met enigvermogenvroegen de pastoor van hun parochiekerk als tegenprestatie voor een schenking wekelijks,maandelijks en/of jaarlijks een of meerdere missen te hunner intentie te willen opdragen. Een andere mogelijkheidter verzekeringvan voorbeden, die in de late Middeleeuwen steeds meer werd aangewend, was het stichten van een vicarie, een zelfstandige fundatie, waarvan de opbrengsten bestemd waren voor het houden van zielmissen aan een bepaald altaar door een daartoe aangewezen priester. De bekommemis om het zieleheilleidde ooktot de oprichtingvan talloze broederschappen, godsdienstigeverenigingenvan priesters en/ofleken die naast de verering van een beschermheiligeof een heilig symboolin de eerste plaats tot doel hadden het houden van gezamenlijkegebeden en het laten lezen of zingen van missen voor het zieleheilvan zowel deleden als de overledenbroeders en/of zusters. Muller vindt de karakterisering "maatschappijen tot assurantie van het zieleheil" niet onaardig,':" doch wij zouden hierbij willen aantekenen dat een te sterke beklemtoningvan de zorg voor het zieleheil 188 het gevaar in zich houdt dat te gemakkelijk wordt voorbijgegaan aan de mogelijke zuivere intentie van de leden en begunstigers der broederschappen. Het zich verzekerd weten van het deelhebben aan de gebeden die een broederschap in de missen voor de levenden en de overledenen opdroeg aan God, was uiteraard een geruststellende gedachte, maar in het begin van de 15e eeuw schreefThomas itKempis in zijn beroemd geworden "De imitatione Christi" ook: "Zonder liefde brengt uiterlijk werk geen gewin; doch al wat men doet uit liefde, het moge zo gering zijn en onaanzienlijk, werpt louter vruchten af, God immers weegt meer de liefde, waarmede iets gedaan wordt, dan het werk wat men doet"......

 

Op https://repository.ubn.ru.nl/bitstream/handle/2066/113946/mmubn000001_12259360x.pdf

is bij blz 240-242 meer hierover te lezen

Frits Terwijn Elst - 3 jul 2019 - 19:55 (laatst bijgewerkt 3 jul 2019 — 20:04 door auteur)

Hans, die boetes vanwege werkzaamheden onder predicatie ben ik ook wel in dingboeken tegengekomen. Ik denk dat je de term "uiterlijk werk" in wat hedendaagser Nederlands moet lezen als "lichamelijk werk". Het MNW geeft als betekenis voor uterlijc:  Uiterlijk, uitwendig, vooral met betrekking tot het lichaam in tegenstelling met den geest.
Dat past: je moest tijdens de kerkdienst bezig zijn met je geest, niet met je lichaam 

Groeten, Frans

Frans Angevaare - 3 jul 2019 - 20:07


Beste Frits, Frans,

ik denk dat Frans gelijk heeft: innerlijke beleving (bidden/meditatie) versus fysieke inspanning.

Ook nu nog te vinden op de diverse, spirituele sites.

Dank voor jullie prompte reacties.

Hans P. Noppen - 4 jul 2019 - 13:36







De auteur van het eerste bijdrage in dit bericht heeft aangegeven dat de vraag is beantwoord of het probleem is opgelost.

Plaats een reactie

Om reacties (en nieuwe onderwerpen) te plaatsen op het Stamboom Forum dient u eerst in te loggen! Nog geen lid? Registratie is gratis en snel!


Inloggen Registreer nu