Beste Martin,
Deze formulering is al zeer oud. In de tijd voorde Burgerlijke stand geschiedde in de kerk waar je huwelijk werd afgekondigd. Woonde nog maar kort in je nieuwe woonplaats, dan moest je huwelijk ook in je vorige woonplaats worden gekondigd. Er waren eenmaal jongelieden, die in meer plaatsen vrijage aan gingen met meisjes en huwelijksbeloften deden etc. Als dominee, scriba uit die vorige woonplaats geen bezwaar aantekenden, dan kon je pas in je huidige woonplaats trouwen..
Deze bepaling is in de "Franse wetgeving van 1792 opgenomen. Deze wetgeving werd in maart 1811 door Fransen in Nederland als onderdeel van het toenmalige Franse keizerrijk onder Napoleon in Nederland ingevoerd.
Koning Willem 1 heeft de gehele "Franse Wetgeving van toepassing verklaard voor zijn Koningrijk. der Nederland. Voor 1811 moest het huwelijk worden afgekondigd 3 zondagen achtereen van af de kansel. In de tijd van de burgerlijke stand werd binnen dat twee weken kon je niet trouwen.
Je huwelijk werd aanvankelijk door de bode afgekondigd vanaf de stoep van het raadhuis c,q, stadhuis. Toen iedereen redelijk kon lezen kwam deze melding te hangen in een kastje aan het gemeentehuis. Dan kon je naar binnen gaan en bezwaar aantekenen.
In een bepaalde periode was de ambtenaar van de Burgerlijkstand verplicht om aantekeningen van aan- en afkondigingen registers bij te houden.
Groeten van terkos