folio 267v (linker deel)
Overghebrocht en(de) v(er)claert
bij Pieter van Duijse in
ghebannen vierschaere den
Xen junii 1665 en(de) voor
ond(ergeteecken)t L. IJsebrant [voor L zie Lauwereijs]
folio 267v (rechter deel)
Staet ende inventaris van
goede die bij desen overgeeft
Pieter van Duijse hauder
ghebleven van Maijken Scocx
sijne huysvr(ouwe) s(alige)r m(emori)e beneffens
sijne hoirs ende kinderen
gheprocreërt bij ’t voornoemde
folio 268
Maijken Scocx, met name Jan
van Duijse, Pierijnken, Pieter,
Margriete ende Lauwereijs van
Duijse ende dat van de gronden
van erfven, meubelen en(de) schulden
van achterdeele ten selven sterfhuyse
bevonden ende dat in der manieren
naervolghende.
Eerste ende alvoren baete bevonden
ten voorn(oemde) sterfhuyse
Item in den eersten bevonden voor
baete ten voorn(oemde) sterfhuyse een
behuysde hofstede gheleghen binnen
de prochie van S(in)te Pauwels op den
Herwech groot vijfhondert roeden
handthoofvende suyt Jan Haelbrecht
noort tsheeren straete deze voorn(oemde)
hofstede is belast met vier pon(den)
grooten tsjaers ten profijte van de
hoirs van Tanneken van Haevere
midtsgh(aeders) noch dry maeten coren
tsjaers ten profijte van den
armen van S(in)te Pauwels
Item noch een stuck saylant groot
sevenhondert roeden gheleghen
binnen de selven prochie in den
wijck genaempt den Grauwensteen
handthovende oost de weduwe
Joos Verbraecken suyt ende
west de weduwe Mattheus
Verberckmoes.