6/3 St.Claes | uts. [=Corn[elissen]] |
Egbert Dircxsz cruijskeeltwercker[?]
inde Groenesteech nalat[ende] echte onmundig[he]
kijnderen] daerover
Zou de naam niet Egbert Dircxsz Cruijf kunnen zijn?
Zou de naam niet Egbert Dircxsz Cruijf kunnen zijn?
ik had overwogen dat het een achternaam zou zijn, maar de woorden leken mij te zeer aan elkaar geschreven. Ik zou dan "cruijs" hebben gelezen; het is mijns inziens geen "f. Bovendien als een naam in die tijd op "f" eindigt, volgt altijd een verdubbeling tot "ff" (dit is bij alle begravenen in de periode 1645-1650 het geval), i.e. dan zou er "Cruijff" moeten staan
Het beroep was "Cruijsbeeltwercker".
Dat was voor de Gereformeerden een verboden beroep.
"echte" betekent dat ze "in echte zijn geteeld", dus geen onwettige kinderen,
maar dat de ouders verbonden waren door een kerkelijk R.K. huwelijk.
Bedankt voor alle hulp. Cruijsbeeltwercker was inderdaad een bestaand beroep in Utrecht. Beschreven in het proefschrift van Nico Slokker over de gilden in Utrecht, zie https://dspace.library.uu.nl/handle/1874/31910
Citaat: "Een tweede innovatie of verspreiding van een innovatie bij de linnenwevers betreft waarschijnlijk het kruisbeeldwerk. Het niet zeker is of het kruisbeeldwerk een nieuw woord was voor een nieuw product of voor een bestaand product. Het Woordenboek Nederlandsche Taal geeft als herkomst van het woord kruisbeeldwerk het Utrechts Placaatboek, met name een placaat uit het jaar 1625.38 Het gaat dan om ‘kamericxdoek, damast, kruysbeeltwerck ende andere soorten van lynwaten’. Maar het is hieruit niet duidelijk wat kruisbeeldwerk precies was. Een recent naslagwerk levert de definitie op van gebloemd linnen, zoals dat in de zeventiende eeuw in Rijnsburg gebruikt werd.39 De oorsprong van het woord in de stad Utrecht gaat zeker terug tot 1596, toen het woord ‘cruysbelt’ werd gebruikt in de nieuwe ordonnantie van het linnenweversgilde.40 In deze ordonnantie werd tevens bepaald dat de leertijd op twee jaar werd gesteld in plaats van één jaar in de vorige ordonnantie van 1550.41 Deze toename van de leertijd was een bevestiging van een aantal nieuwe regels uit 1580 toen bepaald werd dat nieuwe leden van buiten de stad twee jaar in een bemuurde stad moesten hebben geleerd en dat leerlingen van het gilde twee jaar moesten leren.42 Er lijkt een verband te zijn tussen de langere leertijd en de introductie van nieuwe technieken en producten in de Utrechtse linnennijverheid. Dat de innovatie ook daadwerkelijk wortel heeft geschoten, komt tot uiting in de koop en verkoop van een kruisbeeldwerkerij met materialen en gereedschappen (voor tweehonderd gulden) in 1671.43 Kruisbeeldwerk is waarschijnlijk hetzelfde als kruiswerk. Dit kruiswerk kende verschillende patronen, en was uit oogjesgoed ontstaan.44"
Waarom zou kruisbeeldwerker voor gereformeerden een verboden beroep zijn? Is dit gebaseerd op een onjuiste inschatting van wat dit beroep inhield? Mijn eerste associatie was ook dat het ging om het vervaardigen van beelden in de kerk, maar die interpretatie is duidelijk onjuist gezien bovenstaande beschrijving.